BELEIDSPLAN VAN HET GENOOTSCHAP NON SORDENT IN ÜNDIS CALCAR HONOS Voorwoord In de ledenvergadering van 6 december 1979 is een beleidsnota vastge steld, waarin in grote lijnen is aangegeven op welke terreinen het Genootschap in de toekomst werkzaam zou moeten zijn, welke organi satie daartoe vereist is en hoe de benodigde middelen zouden kunnen worden gevonden. Aangezien in de beleidsnota vooral aandacht is besteed aan de bestuurlijke organisatie in verband met de herziening van de Wet van het Genootschap, is bij de behandeling van de nota voor de inhoudelijke aspecten van het beleid een beleidsplan in het vooruit zicht gesteld. Dit beleidsplan is in de ledenvergadering van 2 december 1980 vastgesteld. Gezien het belang van het beleidsplan voor het Genootschap besloot de ledenvergadering de integrale tekst in het Archief op te nemen, zodat ieder lid de beschikking heeft over de definitieve tekst van het plan dat voor de komende jaren het uitgangspunt voor het beleid van het Ge nootschap zal zijn. Het beleidsplan is van een zelfde opzet als de beleidsnota. Eerst wor den de afzonderlijke vakgebieden bezien, vervolgens worden de ver schillende activiteiten naar categorieën gerangschikt behandeld. Het derde deel handelt over de organisatie en de middelen. DEEL 1. DE AFZONDERLIJKE VAKGEBIEDEN. In de eerste vier hoofdstukken volgen de beleidsvoornemens zoals geformuleerd door de Werkgroepen. In hoofdstuk 5 wordt aandacht besteed aan de overige vakgebieden. Hoofdstuk 1. Geschiedenis en archeologie. Voor het vakgebied historie en archeologie is het navolgende door de Werkgroep Historie en Archeologie ingediende beleidsplan goedge keurd. Beleidsplan voor de vakgebieden historie en archeologie. De activiteiten op historisch terrein kunnen als volgt worden ingedeeld: i. De bronnen, hun toegankelijkheid en conservatie, ii De hulpmiddelen en hulpwetenschappen, in De geschiedschrijving. iy. De overdracht van verkregen kennis en inzichten. XVII

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 15