DE "MEMORIES" VAN JANNES VAN DE LUYSTER 1829- 1 845* 1 doordr. P.R.D. Stokvis Vanaf 1829 tekende de landbouwer Jannes van de Luyster bij de jaar lijkse afsluiting van zijn bedrijfsboekhouding zijn "memories" van het verlopen jaar op1. Die memories hadden betrekking op de weersom standigheden, de oogstresultaten, maar ook op gebeurtenissen in kerk en staat. Jannes van de Luyster was namelijk één van de leiders van de Afscheiding van 1834 in Zeeland en later in 1847 van de Zeeuwse landverhuizers vereniging2. Hij werd geboren 12 maart 1789inCadzand. Na zijn huwelijk met Diena Naaije (geboren 20 april 1796) vestigde hij zich te Hoofdplaat. Toen door de misoogst van 1816 sommige agrariërs moesten liquideren, verhuisde hij van Zeeuwsch-Vlaanderen naar Zuid-Beveland, waar hij in het voorjaar 1817 in de omgeving van Borssele voor 34.582 gulden een landbouwbedrijf van 137 gemeten had kunnen kopen. Vanaf 1818 was hij ouderling in de gemeente Borssele, maar zijn bevindelijke oriëntatie bracht hem na bekering in 1834 tot afscheiding van de Neder lands Hervormde Kerk, op 30 april 1836. Als welgesteld ouderling speelde hij tot zijn vertrek naar de Verenigde Staten een belangrijke rol in de organisatie van afgescheiden gemeenten in Zeeland en daarbui ten3. Volgen wij de memories in grote lijnen, dan krijgen wij een beeld van zijn preoccupaties en activiteiten. In het jaar 1829 werd een natte zomer gevolgd door een matige oogst. Van eind november tot maart 1830 hield winters weer aan. Ook 1830 bracht een matige oogst door wisselende weersomstandigheden en een slakkenplaag. In juni 1831 maakte Jannes van de Luyster een reis naar Leiden, waar zijn protégé Pieter van der Velde theologie studeerde. Deze rechtzinnige proponent bezweek in 1833 aan de cholera, hetgeen Van de Luysters hoop op herstel van de orthodoxie in eigen gemeente de bodem insloeg. Gedurende het jaar 1834 ging hij bij andere huisgezinnen geregeld in gebed voor. De geloofscrisis die hij en zijn vrouw doormaakten, wordt in bevindelijke termen geschilderd. Eveneens maakt hij melding van godsdienstige bijeenkomsten en de omgang met gelijkgestemden zoals de oefenaar Vijgeboom. Deze Johan Willem Vijgeboom (1773-1845) had zich in de Franse tijd als tuinman in Schiedam gevestigd. In 1822 trad hij als oefenaar in Axel en omgeving op. De door hem gestichte Het materiaal voor deze publicatie werd verzameld op een door ZWO gefinancierde studiereis naar de V.S. inde zomer van 1978.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 63