62. Voor 1848 bedroeg te Middelburg de census voor het stemrecht f. 30en die voor het kiesrecht f. 110,-. De kieswet van 1850 stelde voorde stad Middelburg de census vast op f. 60,- en voor de gemeenteraadsverkiezingen dus f. 30,-. Daarmee hadden alle voormalig stemgerechtigden binnen de gemeente het kiesrecht verkregen. Een tweede verklaring voor de uitbreiding van het electoraat was dat na 1850 ook de patentbelasting bij het bepalen van de census werd meegeteld. Er waren geen redenen om te veronderstellen dat er veel leden waren die wel stemrecht hadden voor gemeenteraadsverkiezingen, maar niet bij verkiezingen voor provinciale staten en tweede kamer. In ieder geval zagen de conservatieven uit de vereniging er op 3 mei 1864 niet tegen op voor te stellen dat "bij periodieke aftreding van leden van den gemeenteraad geen vergaderingen ter verkiezing van kandidaten meer zullen plaatshebben, dan alleen in geval 10 leden zulks mogten verlangen". 63. Reglement 1861, artikel 11, alinea 2. Zie bijlage 3.a. 64. Middelburg, 4 juni 1864. Mr. G.A. Fokker aan het bestuur van "de Grondwet". 5. Ingekomen stukken. G.A.M. 65. 4. Notulen nr. 23. G.A.M. 66. Middelburg, 1 juli 1869. F. Nagtglas aan het bestuur van "de Grondwet". 5. Ingekomen stukken. G.A.M. 67. Nagtglas, Mijn leven, 86. 68. Zie noot 66 hiervoor. 69. Willebrord, Een blik in de toekomst, 18 en 19. 70. 4. Notulen nr. 25. G.A.M. 71. 4. Notulen nr. 32. G.A.M. 72. Bij tweede-kamerverkiezingen en verkiezingen voor de provinciale staten werden verschillende indelingen van de provincie door middel van kiesdistricten gehanteerd. Vergelijk: Wet houdende verdeeling der provinciën in kiesdistricten, ter benoeming der leden van de Provinciale Staten, enz. van 5 november 1852, Staatsblad 197. Zeeland telde zes hoofd-kiesdistricten, waaronder dat van Middelburg, bestaande uit het eiland Walcheren. Middelburg koos elf van de tweeënveertig leden van de provinciale staten. Voor de verdeling van het land in kiesdistricten bij tweede-kamerverkiezingen raad plege men bijlage 8. Voor de verdeling van het hoofd-kiesdistrict Middelburg in onder-kiesdistricten: bijlage 6. 73. Middelburg, juni 1870, circulaire. 5. Ingekomen stukken. G.A.M. 74. De stad Middelburg telde bij de tweede-kamerverkiezingen van 1866, 463 kiezers (bijlage 7). Het gelijknamige hoofd-kiesdistrict telde in datzelfde jaar 2.677 kies gerechtigden (bijlage 7). De gegeven vergelijking hield dus geen rekening met kiezers voor de gemeenteraad, maar hun aantal was daarbij ook niet van belang. 75. Bijlage 4.b. 76. Middelburg, juni 1870. 5. Ingekomen stukken. G.A.M. 77. Ibidem. 78. Boogman, "Thorbecke", 373. 79. Boogman en Tamse, "Politieke ontwikkeling in Nederland", 428. 80. 4. Notulen nr. 61G.A.M. 81. 4. Notulen nr. 66. G.A.M. 82. Ibidem. 83. Middelburg, 14 januari 1875. Mr. G.A. Fokker aan de leden van "de Grondwet". 5. Ingekomen stukken. G.A.M. 84. 4. Notulen nr. 66. G.A.M. 110

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1981 | | pagina 128