Hoofdstuk 5: De verkiezing van tweede-kamerleden in het hoofd-kiesdislrict Middelburg 1De kiestabellen voor het hoofd-kiesdistrict vindt men in de bijlage 8; een kaart in het fotokatern. 2. Fockema Andreae, Nederlandse staat, 86-88. Rogier, Eenheid en scheiding, 123-130. 3. Wilderom, Tussen afsluitdammen, 14. 4. Smits, "Zeeuws-Vlaanderen180. 5. Percentages ontleend aan de opgaven in: Zeeuwsch jaarboekje 1868, 94 en 95. 6. Ibidem. 7. P.D.C. Unit 1257: mr. J.J. Slicher van Domburg. 8. Joosse, Slicher, 9. Vergelijk hoofdstuk 2, paragraaf 2. 9. Nagtglas, Levensberichten van Zeeuwen, 1.81. 10. Abrahams, Pers in Zeeland, 164 en 165. 11. Middelburgsche Courant, 16 november 1848. 12. Middelburgsche Courant, 18 november 1848. 13. Middelburgsche Courant, 28 november 1848. 14. Zie de bijlagen 1 .a. en b. Zie ook hoofdstuk 3, paragraaf 1. 15. De Bruyne en Japikse, Staatkundige geschiedenis, 1, 144-147. 16. Bijvoorbeeld te Vlissingen stelde men in een vergadering op 12 augustus 1850 voorlopig als kandidaten mr. J.J. Slicher van Domburg, mr. G.A. Fokker, mr. D. van Eek en Ph.J. Bachiene. Middelburgsche Courant, 15 augustus 1850. 17. Middelburgsche Courant, 15 augustus 1850. 18. Middelburgsche Courant, 13 en 20 augustus 1850. 19. Van den Broecke kwam in de Middelburgsche Courant van 29 augustus 1850 op voor de liberale zaak. Hij achtte het onrechtvaardig dat de conservatieven hem en zijn vereniging wilden aanmeten als motto: "Öte-toi de la, que je m'y mette" (verwijder u van die plaats, opdat ik mij er neerzette). 20. Middelburgsche Courant, 17 augustus 1850. Hoogstaangeslagene mr. J.F. Bijleveld betaalde f. 2.330,93, terwijl mr. J.J. Slicher van Domburg werd aangeslagen voorf. 762,12. 21. De Bruyne en Japikse, Staatkundige geschiedenis, I, 374. De Middelburgse predikanten vaardigden zelfs een manifest uit, teneinde in "staat kundige twisten hunnen invloed als herders en leeraars in het belang van Koning en Vaderland aan te wenden". 22. Middelburgsche Courant, 12 mei 1853. 23. Middelburgsche Courant, 14 mei 1853. 24. Ramaer in: jV.N.B. W. IX, 1041. 25. Joosse, Slicher, 35. Deze ongepubliceerde kandidaatsscriptie bevat een aantal waardevolle gegevens over Slicher. Helaas werden bij de bepaling van de positie in politiek opzicht van deze Zeeuwse afgevaardigde, alleen de begrippen liberaal en conservatief gehan teerd, terwijl de conclusie juist zou moeten zijn dat na 1853 een typisch conservatief- liberaal namens een buitengewest optrad. Zie ook Boogman, "Lord Napier", 208-211. 26. Boogman, Rondom 1848, 30, verbond de conservatief-liberalen met de traditioneel- Hollandse commerciële belangen en inzichten. Vóór 1848 leefden in deze groepering ook een aantal eigen denkbeelden omtrent politieke en constitutionele hervormin gen. Na 1848 werd de nieuwe grondwet door hen aanvaard en in 1853 door Van Hall ook loyaal toegepast. Onder andere het voorbeeld van Slicher zou kunnen leiden tot de veronderstelling dat vanaf 1853 de liberalen min of meer consequent zijn blijven 112

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1981 | | pagina 130