de triumfalia in de Noordelijke Nederlanden in de 16de en 17de eeuw
werd door D.P. Snoep een proefschrift gewijd3.
Wij richten thans het oog op Zeeland, op de inhuldiging van Willem IV
tot markies van Veere 1 juni 1751. Dit artikel wil een bescheiden
bijdrage leveren over wat in de 18de eeuw een keer in Veere op touw
werd gezet. Het demonstreren van de belangrijkheid van zo'n gebeur
tenis, het vasthouden aan een eeuwenoud ceremonieel daarbij, zijn
zaken die niet met "praal en propaganda" worden gedekt. Duidelijk zal
blijken uit de gang van zaken in Veere dat de hand werd gehouden aan
dit eeuwenoude ceremonieel, een wereldlijke "liturgie" van pleeg
vormen.
Er zal getracht worden de intocht van Willem IV in een kunsthistorisch
kader te behandelen, waarbij ook aandacht zal geschonken worden aan
cultuurhistorische en anecdotische bijzonderheden.
De te behandelen materie wordt als volgt ingedeeld: De betekenis van
de inhuldiging zal ter sprake worden gebracht. Vervolgens een histo
rische achtergrond van de voorbereiding voorde grote dag, waarna een
kort relaas van het ceremonieel, cultuurhistorisch bezien. Daarna zul
len aan de orde gesteld worden het "toestel" (datgene wat speciaal
voor de inhuldiging vervaardigd werd); hierbij vormt het hoofdonder
deel de uitmonstering van het bordes, voorts de erepoorten en por-
tiques en tenslotte de strooipenningen en het vuurwerk. Daarbij waren
betrokken de predikant van Veere Andreas Andriessen voor het opstel
len van de decoratiethema's met de interpretatie en verklaring voor de
zg. zinbeelden en voorts de kunstschilder Pieter Frans Beuckels uit
Brugge als de "bouwmeester" van de erebogen, waarmee Veere toen
tijdelijk versierd werd (behalve de poort waaraan het vuurwerk beves
tigd werd); hij was niet alleen de ontwerper maar ook de uitvoerder
ervan. Als derde persoon hierbij betrokken moet de Haagse medailleur
Nicolaas van Swinderen genoemd worden voor het ontwerp van de
strooipenning. Hierna volgt een bespreking van de architectonische
vormgeving en de iconografische details.
Het bronnenmateriaal voor het schrijven van deze bijdrage is vrij
beperkt. De meeste gegevens zijn ontleend aan het gedrukte relaas, in
opdracht van de Veerse magistraat opgesteld om de herinnering aan de
gebeurtenis te bewaren, vooral vanwege de portiques en de erepoorten.
Na afloop schreef bovengenoemde Andreas Andriessen dit gedenk
boek4. Hierin bevinden zich de kopergravures, door Caspar Philips
vervaardigd, van negen erepoorten (waarvan er één diende als onder
deel van het vuurwerk op de markt). Voorts komt in dit boekwerk nog
voor de decoratie van het stadhuis, de beker van Maximiiiaan van
Bourgondië en een kleine afbeelding van de strooipenning.
In de "Zelandia Illustrata" bevinden zich exemplaren van de gehele
collectie erepoortens en o.m. ook in de prentenafdeling van het Ko-
130