Hartsinck - voorzitter, Ploos - secretaris en Radermacher - ontvanger. De eerste officiële vergadering wordt gehouden op 7 januari 1771 ten huize van de voorzitter. De vergadering wordt geopend met een toe spraak van Ploos waarin hij het reglement voorleest, dat vervolgens ondertekend wordt door de directeuren in volgorde van leeftijd. Als eerste vrucht van dit departement, dat in de vergadering te Vlissin- gen op 5 maart 1771 door Winkelman aangeduid wordt met "Gecom mitteerden tot de zaaken van het Zeeuwsch Genootschap te Amster dam", wordt het bij haar binnengekomen rapport "Wegens eenige proeven van het Gebruik der Electriciteyd in de geneezing van Lam- migheyd" van S. van Nooten Jansz. besproken en waardig gekeurd naar Vlissingen doorgezonden te worden. Met zijn brief van 24 januari 1771 zendt Ploos de toespraak en het genoemde rapport naar Vlissingen en verzoekt de goedkeuring te hech ten aan dit Amsterdams initiatief, Dog, zal onze vergadering van dienst zyn, en wy aan het Genoodschap toebrengen dat wy wenschen, zo doende, ieder in 't byzonder, en onze vergadering in 't algemeen; voorzien te zyn van eene ample instructien van 't geen wy in qualityd als directeuren zyn; en, wat wy met genoegen, en volgens den instelling van 't Genoodschap te Vlissingen; doen en verrigte moogen. In de Vlissingse vergadering van 29 januari komen de Amsterdamse stukken ter tafel en worden daarna voor advies in handen gesteld van Winkelman en Changuion, president en vice-president van het Genoot schap. Overigens schrijft Tjeenk - in afwachting van dit advies - naar de Amsterdamse heren om hen van den vurigen wensch tot een ge lukkig gevolg hunner onderneming te versekeren, op dat het Zeeuwsch Genootschap ook daerdoor tot eer van God en Bloey der Weeten- schappen mooge bevorderlyk zyn. In de vergadering van 5 maart brengt Winkelman het gevraagde advies uit. Men staat positief tegenover deze ontwikkeling te Amsterdam en gezien de kundigheid en de ijver van de directeuren aldaar wordt het niet nodig geacht nadere instructies te verstrekken. Wel wordt ver wacht, dat directeuren uit Vlissingen - te Amsterdam zijnde ten tijde van de driemaandelijkse vergadering - mogen meevergaderen. Het verzoek om meer algemene bekendheid te geven aan de Amsterdamse activiteit zal ingewilligd worden door deze te vermelden in de 2de bundel van de Verhandelingen23. Op de Amsterdamse bijeenkomst van 8 april ten huize van Hartsinck is Winkelman aanwezig. Hij is er zeerover ingenomen en deelt dit mee op de Vlissingse vergadering van 14 juni.. Besloten wordt, dat voortaan een afschrift van de resoluties haar Amsterdam zal gezonden worden voor nadere informatie en communicatie. Voorts zullen antwoorden op de prijsvragen voor nadere beoordeling ook naar Amsterdam gaan. Wat dit laatste betreft: begonnen wordt met de 9 antwoorden op de prijs- 204

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1981 | | pagina 230