I. INLEIDING In het Zeeuws Museum te Middelburg wordt de bezoeker bij zijn rondgang in een der zalen geconfronteerd met een opmerkelijk uur werk, dat bij nadere beschouwing een planetarium blijkt te bevatten. Onder een planetarium verstaan we daarbij een instrument, dat aan ons de planeetbewegingen demonstreert in hun onderlinge samenhang. In 1983 zal het juist twee eeuwen geleden zijn, dat met de vervaardiging van dit planetarium is begonnen. Een werk dat enige jaren in beslag heeft genomen, want het instrument is eerst eind 1786 of begin 1787 voltooid. Het initiatief tot de vervaardiging is genomen door Mr. Johan Adriaan van de Perre (1738-1790), heer van Nieuwerve en Welsinge, en voor malig Representant van de Eerste Edele in Zeeland, die ook de kosten van het project geheel voor zijn rekening heeft genomen. Het mecha nisme is vervaardigd door de klokkenmaker Joseph van den Eeckhout te Middelburg. Na de dood van Mr. Van de Perre is het uurwerk geschonken aan het Middelburgs Departement van het Zeeuwsch Ge nootschap der Wetenschappen. Dit - inmiddels Koninklijk - Genoot schap mag zich nog steeds de eigenaar van het instrument noemen1. In het Walcheren van de 18e eeuw is dit planetarium in alle toonaarden bejubeld. Zo schrijft de secretaris van het Zeeuwsch Genootschap wanneer hij de schenking vermeldt in het 'Voorbericht' van de Ver handelingen van het Genootschap, dat dit planetarium misschien wel het kostbaarste is,'t welke niet alleen in dit Gemeenebest maar zelfs in geheel Europa gevonden word'2. Een ander voorbeeld vinden we in een 18e eeuws handschrift, dat het planetarium 'overwaardig' acht om 'van alle uit- en inheemse lief hebbers en konstgenoten' bezichtigd en bewonderd te worden, en dit zelfs 'volgends het eenpaariggetuignis van al die kunstminnaars, die uit vreemde landen, het zelve hebben geëxamineerd en zig hunner reis naar Zeeland en moeite desweegens ruim beloond gerekend hebben'3. In 1791 verscheen de eerste beschrijving van het planetarium van de hand van de Middelburgse predikant Ds. H.J. Krom, die zijn boekje kenschetste als een 'Kort Ontwerp' voor een meer volledige beschrij ving4. Krom's beschrijving onthulde namelijk niets van het 'Binnen werk, of de wyze der mechanique werking van het Raderwerk, hetwelk alles in beweeging houdt'. Zijn uitgave zou slechts voorafgaan aan een uitvoeriger publicatie, die hier kennelijk wel aandacht aan zou be steden, en die ook zou worden geïllustreerd. 'Een Heer van Kunde en liefhebberij voor de Astronomie' zou al aan een uitgebreide beschrij ving werken, zo schrijft Krom in zijn voorwoord, terwijl ook al een viertal platen voor deze uitgave zouden zijn vervaardigd. 72

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1982 | | pagina 102