lijk bezit werd bijvoorbeeld in 1760 getaxeerd op 924en dat zal dan
nog zeker niet de nieuw-waarde zijn geweest9.
Het valt dan ook rustig aan te nemen, dat een dergelijke 'Grand Orrery'
wel nooit door het Middelburgse 'Fysisch College' zou kunnen worden
bekostigd, hoezeer de demonstratieve kwaliteiten van een dergelijk
instrument ook werden geroemd. Wat dat betreft zou het wel zeer goed
uitkomen, wanneer de president van het Gezelschap - een zekere J.A.
Van de Perre - wèl over een vergelijkbaar instrument zou kunnen
beschikken. Immers, ook bij andere experimenten kon het gezelschap
regelmatig een beroep doen op de instrumentencollectie uit het kabinet
van zijn voorzitter.
Het is weliswaar speculatief, maar het blijft niettemin mogelijk dat ook
de belangen van het gezelschap bij Van de Perre in het achterhoofd
hebben meegespeeld. In ieder geval is er bij de samenstelling van zijn
'Grand Orrery' duidelijk rekening mee gehouden, dat het apparaat voor
demonstratiedoeleinden gebruikt zou kunnen worden.
Het planetariumgedeelte kan van het uurwerk worden losgekoppeld,
waarna de tandwielkast met de planeten verder met een handkruk kan
worden aangedreven. Bovendien waren er tot in de negentiende eeuw
bij dit planetarium nog een aantal hulpstukken aanwezig, waarmee het
demonstratie-planetarium kon worden omgebouwd tot een zogenaamd
'Tellurium, Lunarium, Satumilabium of Jovilabium'. Met dergelijke
hulpstukken konden dan de bewegingen van respectievelijk de aarde,
de maan, Saturnus met zijn ring en manen, en van Jupiter met zijn
manen worden gedemonstreerd10.
En inderdaad weten we dat het 'Kunststuk' kort na de voltooiing in de
kring van het Natuurkundig Gezelschap is gedemonstreerd. Overigens
niet door Van de Perre zelf, maar door een der 'docerende leden", te
weten door de latere beschrijver van het planetarium, Ds. H.J. Krom.
Uiteraard geschiedde dit wel in de tegenwoordigheid van 'Zyne Excel
lentie', de Edele Heer Mr. J.A. van de Perre de Nieuwerve en Wel-
singe, de 'President' van het Natuurkundig Gezelschap.
D. DE FYSICO THEOLOGISCHE INSPIRATIE
Bij dit alles is het overigens wel weeropvallend dat het een predikant is,
die deze demonstratie op zich neemt. Uit deze keuze blijkt eens te
meer, dat het Van de Perre toch ook weer niet uitsluitend begonnen is
om een demonstratie van een aantal toegepaste mechanica-wetten.
Nee, in dat geval had het veel meer voor de hand gelegen om de
demonstratie op te dragen aan J.P. Fokker, een ander 'docerend lid'
van het Gezelschap". Hij was immers de lector in (onder meer) de
sterrenkunde aan de Illustere School van Middelburg, en in de hemel
mechanica stellig meer bedreven dan Ds. Krom, voor wie dit onder-
82