DE VERVAARDIGING VAN STEMPELS
Nadat op 29 oktober 1671 door Comu zes ongegraveerde stempels voor
ducatons gemaakt zijn, werkt men vanaf januari 1672 met stempels van
Drappentier. Deze levert echter bijzonder onregelmatig; het is zeer
moeilijk van hem de stempels tijdig en in voldoende aantal te krijgen.
Het duurt dan ook niet lang voordat men in Middelburg weer zelf
stempels gaat maken.
Zeer merkwaardig maakwerk levert Cornu op 7 maart. Hij kapt twee
stempels van dubbele ducaten af die gemaakt waren voor handslag.
Vervolgens monteert hij er metalen blokjes onder, zodat ze in de
schroefpers gebruikt kunnen worden! Helaas is niet bekend of dit
experiment resultaat opgeleverd heeft.
Vanaf april levert Cornu regelmatig ongegraveerde stempels en pon
soenen. Bij deze stempels wordt vermeld voor welke munten zij ge
maakt zijn, zodat hieruit de aanmuntingen te volgen zijn. In de periode
april 1672 tot augustus 1673 levert Cornu de navolgende stempels:
16 april 1672 2 stempels met rand (waarschijnlijk ducatons)
16 mei 6 stempels voor ducatons
12 juli 24 stempels voor zilveren dukaten
29 augustus 2 stempels voor dubbele stuivers
11 oktober 12 stempels voor gouden dukaten
2 stempels voor dubbele stuivers
4 januari 1673 4 stempels voor zilveren dukaten
11 januari 6 stempels voor zilveren dukaten
11 februari 18 stempels voor zilveren dukaten
18 februari 9 stempels voor zilveren dukaten
12 maart 12 stempels voor zilveren dukaten
24 april 24 stempels voor zilveren dukaten
10 mei 28 stempels voor zilveren dukaten
9 augustus 6 stempels voor gouden dukaten.
Op 16 augustus 1672 besluiten de Gecommitteerde Raden dat Drappen
tier, omdat hij zijn kontrakt niet nagekomen is, ontslagen zal worden.
Abraham Goverts, stempelsnijder en zilversmid te Middelburg, wordt
tot stempelsnijder aangesteld met een wedde van 400 per jaar en
gebruik van een dienstwoning.
TUIMELAARS EN VIJLEN
Gedurende de gehele besproken periode worden ook regelmatig tuime
laars en vijlen geleverd. Eenmaal staat vermeld dat de tuimelaars van
palmhout vervaardigd zijn.
Daniël de Blieck, die als opzichter van het werk met alle reparaties te
maken heeft, maakt de machinale produktie met al zijn problemen maar
ruim een jaar mee. Hij overlijdt begin maart 1673.
168