uitgaven en grotere monografieën. Als eerste aflevering verscheen de
bundel De Nationale Synode te Middelburg in 1581. Calvinisme in
opbouw in de Noordelijke en Zuidelijke Nederlandenwaarvoor een
ruime belangstelling bleek te bestaan. De uitgave werd mede mogelijk
gemaakt door een subsidie van het Anjerfonds Zeeland van 5000,-.
Het Genootschap participeerde in de herdenking van de Synode, ge
organiseerd door het Rijksarchief in Zeeland en het Kerkhistorisch
Gezelschap.
In het bestuur en de commissies hadden in het verslagjaar de volgende
mutaties plaats. De heer drs. G.R. Heerebout stelde in de voorjaars
vergadering wegens drukke werkzaamheden zijn functie als conser
vator en de daaraan verbonden vertegenwoordigingen beschikbaar.
Het Genootschap is hem veel dank verschuldigd voor de zorg die hij
gedurende vele jaren voor de verzamelingen heeft gedragen, eerst als
lid van de commissie van onderzoek naar de toestand van de ver
zamelingen, die in 1972 werd ingesteld, daarna als conservator, welke
functie in 1975 werd gecreëerd. In zijn plaats werd benoemd de heer
L.A. DeWitte, die zijn functie in september weer ter beschikking
stelde. In de overige vacatures ontstaan door het vertrek van de heer
Heerebout benoemde de ledenvergadering de heer J.M. Moraal in de
Stichting Zeeuws Museum, de heer A. Teunis in de Stichting Zeeuws
Tijdschrift en de heer B. Oele in de Commissie voorde verkoop van de
publicaties. In de Commissie Universitaire Contacten benoemde de
ledenvergadering drs. P.A. Wolters. In de samenstelling van de overige
commissies kwam geen wijziging.
In juli stelde de voorzitter dr. D. van der Wel zijn functie ter beschik
king. Het Genootschap zal hem steeds dankbaar blijven voor hetgeen
hij gedurende 11 jaren voor het Genootschap heeft verricht, 2 jaren als
vertegenwoordiger van de Juridische Werkgroep, 9 jaren als voorzitter
van het Genootschap. De ledenvergadering benoemde hem spontaan
tot erelid van het Genootschap.
In september legde jhr. G. Ploos van Amstel zijn functie als thesaurier
van het Genootschap neer. In genoemde vacatures werd voorzien met
de aanwijzing van mr. J. van Marion tot waarnemend voorzitter en tot
waarnemend thesaurier aanvankelijk de heer B. Oele, later drs. J.H.
Kluiver. In verband met de naderende voltooiing van de Encyclopedie
kregen mw. F. van Noordwijk en de heer L. Hageman eervol ontslag
als medewerkers van het Bureau van de Encyclopedie.
Per 1 oktober beëindigde mw. J. Kuiper-Abee haar werkzaamheden als
administratrice. Het Genootschap memoreert met dank het vele werk
dat zij gedurende 11 jaren verrichtte. In deze periode nam het Genoot
schap sterk in omvang en activiteiten toe, zodat de administratie bij een
gelijkblijvende bezetting bepaald geen sinecure was. Het bestuur be
noemde in haarplaats mw. A.G. van Vliet.
VII