der zig de aanzienlykste Lieden van de beide Sexen uit dit Eiland bevonden'. Ook van deze tweede proefneming (van af de 'opene plaats voor het nieuwe Ar men Ziekenhuys') verschijnt er weer een krantenverslag12. Ditmaal kwam de ballon zelfs buiten Zeeland terecht. Na een reis van één uur en negentien minu ten was de ballon neergekomen op een weide tussen Schiedam en Vlaardingen. Een mooi succesje voor Reghter! Belangwekkende experimenten met water]3. Veel minder speels is het experiment waarover Van de Perre in november 1783 aan Van Breda schrijft. Deze zou eigenlijk naar Walcheren zijn gekomen, maar dit bezoek was onverwachts niet door gegaan. Het spijt Van de Perre reusachtig. Immers: 'Wy zouden dan onsen tyd geheel aan onse Physische Liefhebberyen hebben konnen besteeden', zo schrijft hij, temeer waar 'onse Stad en Eyland' wel in korte tijd door 'een opmerkzaam oog' gekend kan worden. Maar ja, een volgende maal beter! Toch wil Van de Perre graag iets kwijt over een aantal proefnemingen, die hij kort tevoren heeft uitgevoerd, en waarover Van Breda al iets had vernomen via 'de oude heer Reghter'. Dit was de Delftse instrumentmaker van Van Breda, die regelmatig voor een bezoek aan zijn zoon David naar Walcheren kwam14. Het gaat ditmaal over gewichtige zaken. In het juni-nummer van het belangrijke wetenschappelijke tijdschrift Journal de Physique had Van der Perre een bericht gelezen over een experiment van de Engelsman Joseph Priestley aangaande het 'converteren van water in lucht'15. Priestley had in december 1782 tijdens het ko ken van water in een Wedgwood aarden vat gevonden dat er 'lucht' ontstond. Nu was water tot die tijd als elementair beschouwd, en dus had Priestley hiermee kennelijk de omzetting van een element gevonden: namelijk die van het element water naar het element lucht. Van de Perre had dit belangwekkende experiment nagebootst, en ook hij kon nu Priestley's waarnemingen bevestigen. Hij is dan ook zeer enthousiast. Hij weet alleen nog niet 'hoeveel lugt men uit een gegeven quantiteit waterkan verkrygen', zo schrijft hij aan Van Breda. De tijd heeft hem namelijk ontbroken om het experiment te voltooien. Een ander probleem was dat Van de Perre moeilijk aan het 'aardewerk van Wedgwood' kon komen, zodat hij de proef niet geheel onder dezelfde omstan digheden had kunnen imiteren16. Het behaalde resultaat had hij nu verkregen door een tabakspijp te gebruiken, en deze 'niet gloeiend' te verhitten in een 'or dinair tabaksconfoortje'. Maar het was nog zeer de vraag of dit materiaal even poreus was als dat van Wedgwood, zo stelt hij'Had ik kennis aan een Goudsche pypenfabriqueur, ik zoude eenige pypsteelen van eenige meerder dikte en wydte laten vervaardigen in de verwagting dat zulks beter aan myn oogmerk zoude vol doen', zo besluit hij zijn mededeling. Dit experiment is daarom zo belangrijk omdat het volledig te plaatsen is in het kader van een serie proefnemingen die op dat ogenblik overal in Europa werden uitgevoerd, en die er in de loop van 1783 toe geleid hebben dat het samengestel de karakter van water is bewezen17. Het is dus zeer interessant om te constateren dat Van de Perre aan deze proeven meedeed. Om het belang van het een en ander beter te kunnen begrijpen zullen we eerst iets nader ingaan op de stand van zaken binnen de scheikunde rond dit tijdstip18. Tot omstreeks 1780 konden de meeste scheikundige reacties verklaard worden met een theorie, welke gegrondvest was door de Duitser Georg Ernst Stahl 94

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1983 | | pagina 132