Bonnet beantwoordt de brief per kerende post. Voor zover het hem bekend is heeft men Van de Perre inderdaad juist voorgelicht. 'Zijn Eerwaarde heeft ze ker uitmuntende vermogens', en naar Bonnet's stellige overtuiging 'alle kundig heden', die voor een gelukkige uitvoering van Van de Perre's plannen vereist zijn. Maar over zijn politieke sentimenten houdt Bonnet zich wijselijk op de vlakte: 'Daaromtrent bevind ik my buiten staat Uw Edele behoorlijk berigt te geven', zo luidt zijn antwoord. Van de Perre zal op dit punt toch op zijn eigen kompas moeten varen. Dat doet hij dan ook. De beslissing wordt genomen en met ingang van 1 januari 1788 zal de 'kezen-dominee' J.H. van der Palm in de persoonlijke dienst treden van het aristocratische echtpaar Van de Perre-Van den Brande. Zijn salaris zal 1000,- per jaar bedragen25. Wel heeft Van der Palm tevoren plechtig moeten be loven, om 'door zijne instructiën nimmer eenige gevoelens in te prenten, die tot ondermijning der gevestigde en thans weer herstelde Constitutie der Republiek zoude kunnen strekken'. Zo voorzichtig was Van de Perre toch wel! Opvallend genoeg stelt Van de Perre het Natuurkundig Genootschap der Dames als eerste officieel van de nieuwe ontwikkelingen op de hoogte26. Zijn toespraak voor de Dames verschijnt zelfs in druk, iets waarmee hij - normaal gesproken - toch bepaald zuinig was. De vraag dringt zich dan ook op, of hij mogelijk dit 'on schuldige' damesgenootschap als proefballon wilde gebruiken om de eerste re acties op zijn initiatief te peilen. Want dat er een voorzichtige periode van intro ductie nodig was behoeft geen twijfel. Na de omwenteling was er in de Republiek een vrij reactionair klimaat ontstaan ten opzichte van de voormalige patriotten, en Van de Perre's verzoenende houding zal hem dan ook niet algemeen in dank zijn afgenomen27. Zelf realiseerde hij zich dit natuurlijk ook wel, en vandaar dat hij Van der Palm eerst maar eens in zijn persoonlijke dienst had genomen; dit in tegenstelling tot de eerdere plannen, die er vanuit gingen dat een dergelijke coördinator direkt verbonden zou zijn aan de diverse organisaties binnen het 'Musaeum'. Per slot van rekening was er juist voor gemeenschappelijke zaken een 'Committé ter Directie van het Musaeum' gevormd, met vertegenwoordi gers uit de diverse colleges. De conciërge van het gebouw, een zekere George Einwachter, was bijvoorbeeld direkt aan dit 'Committé' verantwoording schul dig, en had ook van hen zijn functieomschrijving ontvangen28. Dit gebeurde dus niet bij Van der Palm, en in zijn toespraak voor de Dames geeft Van de Perre daarvoor de volgende uitleg: hij had de man direkt in zijn eigen dienst genomen, opdat hij eerst de gelegenheid zou krijgen om 'zijn persoon en character' meer van nabij te leren kennen. Door zo te handelen zou hij hem dan later met meer 'gerustheid' aan de diverse genootschappen en de overige stad genoten kunnen presenteren. Het vertrouwen in de jonge leermeester, dat toch vooral in deze 'boze dagen' zo nodig was, zou aldus hopelijk bevorderd worden. Het was dus geen geldkwestie, zoals wel eens is beweerd Dat er iets van voorbereidend werk nodig was alvorens Van der Palm naar Mid delburg kon komen, werd ook door deze zelf ingezien, zoals blijkt uit een brief die hij op nieuwjaarsdag 1788 aan zijn nieuwe werkgever stuurt30: 'Ik begrijp zeer klaar', zo schrijft hij, 'dat de omstandigheden zoo geschapen kunnen zijn, dat mijne personele tegenwoordigheid geen goed zou doenen dat Uwe me- sures in mijne absentie beter zouden kunnen werken, dan in mijne presentie'. Van der Palm wacht dan ook maar op een teken van Van de Perre voordat hij 58

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1983 | | pagina 96