E.Maccabez, F.B.de Félice (1723-1789) et son Encyclopédie (Yverdon 1770-1780) (Ba
sel, 1903) en R.Darnton, The Business of the Enlightenment. A Publishing History of
the Encyclopédie 1775-1800 (Harvard, 1979) 19-21 en 300-312. Men kende de originele
Encyclopédie overigens wel, in elk geval in uittrekselvorm; vgl. Hoofdstuk I, noot 13.
41. Mijnhardt, 'Veertig jaar cultuurbevordering', 90-94; Chr. Sepp, Proeve eener Prag
matische Geschiedenis der Theologie in Nederland van 1787 tot 1858 (Amsterdam,
1867) 44-260; J.van den Berg, 'Orthodoxy, rationalism and the world in eighteenth-
century Holland' in: D.Baker, edSanctity and Secularity. The Church and the World
(Oxford, 1973) 173-192.
42. Zie hiervoor L. Wagenaar, 'Walcheren in 1778' in: Archief ZGW (1903) 27-72.
43. Ibidem45 en Unger, 'Steden van Zeeland' in: Archief ZGW (1955) 56.
44. Van Grol, 'Iets uit de correspondentie', 42; Levensberigt vanJona Willem te Water, 29-
43.
45. Wagenaar,'Walcheren', passim.
46. Van Grol, 'Iets uit de correspondentie', 61. Voor andere schotschriften zie hs PBZ
no's 3904; 3905; 3906; 3907; 3908; 3911; 4029 en de memorie onder no. 4822.
47. Ibidem49, Gallandat aan Eschauzier. Gallandat kon zich ook weinig permitteren.
Hij bekleedde in Vlissingen het ambt van lector in de verloskunde en tevens was hij
stadsarts. Als gevolg van de twisten raakte Gallandat ook gebrouilleerd met Matthijs
Bekker (zie noot 12), waardoor het informele 'zaterdagsgezelschap' waar beiden een
rol in speelden, ter ziele ging. Vgl.Snijders, 'Beschrijving', 212.
48. AZGW, inv.no.6, 27 november 1781; Gallandat aan Eschauzier, 3 februari 1782 in:
Van Grol, 'Iets uit de correspondentie'.
49. Het is bijvoorbeeld opmerkelijk dat de predikant Sibrand Columba die enige tiental
len jaren op Java had doorgebracht, als groot specialist in Nederlands-Indische kerk
zaken gold en zich in de tweede helft van de jaren zeventig in Middelburg had terugge
trokken, nooit als lid werd aangesteld. Bij het Provinciaal Utrechtsch Genootschap ge
beurde dit wel. Het lijkt me alleszins aannemelijk dat Columba's betrokkenheid bij de
twisten van 1778 - hij was een trouwe secondant van Tjeenk - hiervoor verantwoorde
lijk is geweest. Vgl. Nagtglas, Levensberichten I, 131.
50. Vgl.P.Geyl, De Patriottenbeweging 1780-1787 (Amsterdam, 1947) 149-151; C.H.T.
Bussemaker, ed., 'Aantekeningen van J. A.van de Perre over de Acte van Verbintenis
en de dankadressen in Zeeland in 1787', Bijdragen en Mededelingen van het Historisch
Genootschap 23 (1902) 465-489. Bruikbare literatuur over het Zeeuws patriottisme is
schaars. De bijdragen van A.M.Wessels, Zeeland in de Patriottentijd (Goes, 1947) en
F. van Dijk, Goes in de Patriottentijd (Zaltbommel, 1969) zijn zeer anecdotisch en stel
len de trits God, Zeeland en Oranje in het middelpunt van hun verhaal. Zie voor de
bijdrage van C.H.E.de Wit noot 61.
51Roorda en Van Dijk, 'Het patriciaat in Zierikzee', 99 e.v.
52. Levensberichten van N.C.Lambrechtsen, 18-29; vgl. o.a.: 'Hoezeer ik, deels volgens
mijne eigen denkwijs, deels wegens mijnen meerderen omgang met de Hoofden en
Leden der Patriotische Partij, geoordeeld wierd ook daartoe te behooren, betuige ik
nogtans opregtelijk dat ik in velen opzigte van dezelve verschilde: dat ik geen heil zag
in 't geen men noemde een Grondwettige Herstelling en vele nieuwigheden van dien
aart: dat ik verfoeyde het schandelijk misbruik der drukpers, en te goeder trouw pro
beerde te handhaven zoo wel het stadhouderlijk als Stadsbestuur' (p. 23). Lambrecht-
sen en vele van zijn Vlissingse collega's bleven tot in 1787 nauwe contacten onderhou
den met Van de Spiegel, al waren hun inzichten verschillend. Vgl. pp. 21 en 26 en
G.W.Vreede, Mr. Laurens Pieter van de Spiegel en zijne Tijdgenoten (1737-1800) (4
dln., Middelburg, 1874-1877)111, passim. De teneur van dit op latere leeftijd geredi
geerde vertoog wijkt niet af van Lambrechtsens in 1788 geschreven 'Gedagten op mijn
36e Verjaring' waarin hij zijn politieke ervaringen beschrijft tot aan de plundering en
77