ren. Zijn praktisch getint betoog weid echter voorafgegaan door een korte be
spreking van de omvang en rechtmatigheid van de slavenhandel. Hierin stelde
hij vast dat van de 42 schepen die in 1767/68 onder auspiciën van de WIC koers
naar Afrika hadden gezet er twintig uit Vlissingen afkomstig waren tegen 22 uit
de rest van de Republiek. Van de 6300 slaven die door deze schepen naar de
beide Amerika's werden vervoerd, kwamen er daardoor 3100 voor rekening van
de Vlissingse reders. De rechtmatigheid van de slavenhandel kon Gailandat
daarom moeilijk ter discussie stellen. Zich baserend op enkele Leidse disserta
ties kwam hij tot de conclusie dat deze volledig in overeenstemming te brengen
was met het Evangelie. Gailandat was er bovendien van overtuigd dat de slaven
zelf profiteerden van hun verkoop naar Amerika en tenslotte presenteerde hij de
overweging dat de slavenhandel alleen al door de grote winsten die hiermee be
haald konden worden van onwettigheid moest worden vrijgesproken. Gallan-
dat's verhandeling werd bijzonder goed ontvangen. Zijn bezorgdheid voor het
medisch lot van de slaven werd toegejuicht en de auteur kreeg als dank honderd
gratis overdrukken toegezegd47. De teneur van deze verhandeling en het succes
ervan in Zeeuwse kring symboliseren de spanning tussen verlichte opvattingen -
die bij Gailandat onmiskenbaar aanwezig waren - en de maatschappelijke
werkelijkheid van het Ancien Régime. Tegelijkertijd geven ze de grenzen aan
waarbinnen het genootschap, dat zo nauw met die werkelijkheid was verbon
den, zich diende te bewegen wanneer het er om ging zijn doelstelling, de bevor
dering van het 'nut van het algemeen', te realiseren.
17