Afb. 17. Reconstructie van het Groote Heerenlogement in Vlissingen waar het
genootschap gehuisvest is geweest.
De plunderingen van de huizen van diverse patriotse medeleden en directeuren
in Middelburg en Vlissingen in de zomer en het najaar van 1787, waarbij velen
hun ganse inboedel verloren en sommigen zelfs hun huis, werden in de diverse
vergaderingen allerminst met gejuich begroet. Eendrachtig werden deze ge
welddaden afgekeurd en de vlucht van de secretaris en thesaurier naar Antwer
pen betreurd De gematigd stadhouderlijke koers bleef ongewijzigd zonder
dat er iets van triomf in de uitlatingen te bespeuren viel. De gemachtigden van de
stadhouder, die op verzoek van de Zeeuwse Staten te hulp waren gesneld om de
openbare rust en orde in Zeeland te herstellen en om wijzigingen aan te brengen
in de samenstelling van diverse vroedschappen, werden met een deputatie ver
welkomd waarin de wens werd geuit dat zij zich met de noodzakelijke '...Wijs
heid, Voorzichtigheid, Onzijdigheid en Standvastigheid...' zouden gedragen
Toen de president-directeur in de eerste directievergadering van 1788 de balans
opmaakte van de verzoeningsgezinde politiek van het genootschap in deze tur
bulente jaren kon hij dan ook vaststellen dat.de kommerlijke uitzichten noch
alle de nadeelige gevolgen niet opgeleverd hebben. De Staat van hetzelve [i.e.
het genootschap] is noch zoodanig dat eensgezindheid, belanglooze en vereenig-
de pogingen met onderling vertrouwen aangewend daaraan opnieuw geest en le
ven kunnen bijzetten...'5y. De gevolgen voor de samenstelling van het Zeeuwse
30
