JAARVERSLAG OVER 1985 VAN DE SECRETARIS
Na de voltooiing van de Encyclopedie van Zeeland eind 1984 is in het jaar 1985
niet opnieuw de totstandkoming van dergelijke grote projecten te vermelden,
doch met een aantal kleinere uitgaven kon het Genootschap niettemin voor het
voetlicht treden.
Het bureau van het Genootschap verhuisde mee van het Abdijcomplex naar de
nieuwe Zeeuwse Bibliotheek, waar een 'eigen' kantoortje werd betrokken,
voorzien van nieuw meubilair, terwijl ook alle publicatie-voorraden in de kelder
van deze nieuwbouw zijn geconcentreerd.
Bestuur en administratie:
Het Dagelijks Bestuur van het Genootschap onderging geen wijziging.
Daar het anderzijds ongewenst voorkwam, dat het gehele DB bestuur-destijds
in zijn geheel in mei 1982 benoemd-in 1987 zal aftreden, werd in de Algemene
Ledenvergadering van december 1985 een gewijzigd rooster van aftreden vast
gesteld, waarmede dit probleem wordt voorkomen.
Als vertegenwoordiger van de Werkgroep Theologie in het Algemeen Bestuur
werd ds. Van Egmond opgevolgd door drs. A. Molendijk.
Drs. H.J. Zuidervaart werd in de juni-vergadering benoemd tot plaatsvervan
gend hoofdconservator.
Ook in de commissies van het Genootschap kwamen enige wijzigingen, waar
voor verwezen wordt naar de aangehechte Samenstelling Besturen en Commis
sies per 1 januari 1986.
Op het bureau fungeerde als voorheen mevrouw A.G. v. Vliet als administratri
ce van het Genootschap. Er waren geen andere medewerkers in dienst van het
Genootschap of de werkgroepen.
Het Algemeen Bestuur kwam in 1985 viermaal in vergadering bijeen, het Dage
lijks Bestuur daarnaast nog zesmaal. Algemene Ledenvergaderingen werden
gehouden in juni en december.
De Vereniging:
In de vergadering van juni 1985 werden 21 nieuwe leden van het Genootschap
benoemd, terwijl in december 62 leden toetraden.
Het Genootschap heeft in 1985 het overlijden van 20 leden te betreuren.
In het bijzonder gedenken wij het overlijden van ons ere-lid dr. P.J. Meertens.
Hij was sinds 1928 lid van het Genootschap. Voor de beoefening van de weten
schap in relatie tot Zeeland heeft hij zich verdienstelijk gemaakt, vooral met een
dissertatie Letterkundig leven in Zeeland in de zestiende en de eerste helft van de
zeventiende eeuw, maar ook door zijn vele bijdragen in het Archief en zijn publi
caties over naamkunde en dialect. Het Genootschap heeft hem daarvoor in 1969
het ere-lidmaatschap toegekend. Zijn naam zal een begrip blijven voor wie zich
met de geschiedenis van Zeeland bezighoudt.
De verdere overledenen zijn: Mevrouw N.A. Abbas-Roelfsema, J.P. v.d.
Broecke, P. Daniëlse, ir. J.P. Dommisse, L. Evertse, dr. ir. W.J. Ghijsen, drs.
J.R. Glaubitz, M. de Lange, D.C.A. Lugt, H.E. Molkenboer, drs. P.A. Nee-
teson, mevrouw ir. A.A. Nijman-Knape, prof. mr. B.V.A. Röling, dr. F.G.
Vaandrager, J. v.d. Velde, mr. W.H. Vermaas, A. de Visser, mr. M. Vlamingen
J.S. Weerpas.
VII