eerwaardigen, hooggeleerden heere, den heere Hermanus Johannes Krom, [enz.]. Middelburg, 1805. 44. M.F. Lantsheer en F. Nagtglas, Zelandia Illustrata, deel 1 (Middelburg, 1879), 338; De Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. V, 272; Archief van het Zeeuwsch Genoot schap der Wetenschappen, inventaris nr. 57b: 'Extract uit de Resolutien van Weth. en Raad der Stad Middelburg. Den 13e Maart 1775', betreffende de inaugurele oratie van Krom op 22 maart 1775 als hoogleraar in de kerkgeschiedenis aan de Middelburg se Flogeschool; Nagtglas, Levensberichten I, 272. 45. 'Vrienden wilt dit lied aanhooren/Van den Voetsiaanschen Krom De Navor- scher24 (1891), 603-606: 'Amoureus Liedeken van een preekquant die te Tiel tegen het stadhuis aan piste, den 15 Jan. 1764'. Reeds toen Krom in Tiel kwam, werd hij 'verwelkomd' met een lied: Krom! rechte Krom eerste Voetiaan, Die in een halve Euw in onze Stad komt staan De Navorscher 24 (1891), 602-603, 'Welkomst aan dominus Krom, predikant te Tiel, en aldaar bevestigd op den 13. Nov. 1763'. 46. H.J. Krom, Redevoering bij de algemeene Vergadering van het Zendelinggenoot schap, Middelburg, 1799. 47. Ypeij en Dermout, Geschiedenis, deel IV (Breda, 1827), 236vv; voor Van der Kemp zie men LH. Enklaar, De levensgeschiedenis van Johannes Theodorus van der Kemp, Stichter van het Nederlandsch Zendeling Genootschap, Pionier van de London Missi onary Society onder de Kaffers en Hottentotten in Zuid-Afrika, 1747-1811, tot zijn aan komst aan de Kaap in 1799. Wageningen, 1972. 48. J. de Kanter Phil. Z. en J. Ab Utrecht Dresselhuis, De provincie Zeeland (Middel burg, 1824), 125-127 (ledenlijst en reglement met handtekeningen); Zuidervaart, 'Van de Perre', 34 (handtekeningen); Schoute, 'Natuurkundig Gezelschap', 7vv. Men zie voor het Zeeuwsch Genootschap Mijnhardt, 'Zeeuwsch Genootschap'. 49. Zuidervaart, 'Van de Perre', 33-37. 50. Zie noot 36. 51. H.J. Krom, 'Antwoord op de vraage: welke verbeteringe hebben de gemeene of openbaare, vooral de Nederduitsche schooien nodig' [enz.], in: Verhandelingen uitgegeven door het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, deel VIII (Middel burg, 1781), 1-228. Hierin zijn ook de bekroonde verhandelingen van C. van der Palm (gouden medaille) en D.C. van der Voorst (zilveren medaille) opgenomen. 52. J. Versluys, Beknopte geschiedenis van de opvoeding, en het onderwijs, vooral in Ne derland (Amsterdam, 1891), 140. 53. H.J. Krom, De geschiedenis van de Schepping, opgehelderd en verdedigd in eene leer rede over het eerste hoofdstuk van Genesis, met eenige uitvoerige Aantekeningen, Mid delburg, 1791; geciteerd wordt de tweede editie in: H.J. Krom, Godgeleerde, uitleg kundige en wijsgeerige Verhandelingen, 2 delen (Middelburg, 1796), deel 1,165-337, ihb. 190,193. 54. H.J. Krom, Betoog, dat de beoefening der Natuur- en Sterren-kunde niet strydig is met de erkentenis der Godlyke Openbaaring, en den geopenbaarden godsdienst van Jesus Christus: voorgelezen in het Natuurkundige Gezelschap te Middelburg (Middelburg, 1793), 38-39, 68-69 (ook in Krom, Verhandelingen, deel II). 55. Krom, Betoog, 40-41. 56. H.J. Krom, De waarde der Horoscoopkunst of zedig onderzoek over het bestaan en de nuttigheid der Astrologie of Sterrenvoorzegkunde (Middelburg, 1795), 9-14, 33, 156, 158. 57. Krom, Geschiedenis, 221; Krom, Waarde, 110; Krom, Betoog, 72-73, 102, 116-117, 269. 201

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1987 | | pagina 259