wind, wanneer het zeewater niet laag genoeg kon aflopen, kon het voorkomen dat de nachtdeuren van de sluis wel twee tot drie dagen gesloten bleven. Gingen ze uiteindelijk open, dan was dat maar gedurende twee uur per getij, waarna de sua- tie spoedig weer stagneerde. Het nu onderhanden werk in de Veerse haven zou in plaats van een belemmering eerder een bevordering van de afwatering tot gevolg hebben. Het lag 180 meter van de Walcherse sluis verwijderd, en het kreeg twee spuigaten van 2,40 meter (breed) bij 3,60 meter (hoog). Dat was elk bijna 0,70 meter wijder dan de spuigaten van de bestaande sluis. Verder kwam het nieuwe werk dieper te liggen en kwam er in elk van de twee verlaten een nachtdeur die bij eb open en bij vloed dicht ging. In het midden van de haven kwamen twee sas- of dokdeuren, tesamen circa 12,75 meter wijd. Op die manier was een 'soo grooten doortogt' van water gegaran deerd, dat 'alwaert Walcheren in plaets van een sluijs, drij sluijsen hadden'. De bestaande Walcherse sluis zou in drie ebben niet zoveel water kunnen aanleveren als het nieuwe werk in één ebbe aankon. Het havengedeelte tussen de sluis en het nieuwe werk was uitgediept en verlost van veel 'cingel, steenen, derring, oude ankers, hout' en dergelijke. Zo kon voortaan het landwater in deze vergrote kom opgehouden worden bij hoog buitenwater totdat de nachtdeuren geopend konden worden75 Twee meester-timmerlieden die diverse malen reparaties aan de Walcherse sluis hadden verricht en deze dus goed kenden, legden een soortgelijke verklaring af. De twee verlaten waren elk bijna twee meter wijd maar, doordat de nachtdeuren zes duim maten, netto smaller. Inderdaad bleven de sluisdeuren soms enkele da gen gesloten, met als gevolg 'dat de haven, soo danig opslijmt, dat het slijck inde haven wel vier a vyff voeten boven de vloer vande sluijs is aangewassen'De onderhoudstoestand van de Walcherse sluis was de laatste jaren zo abominabel, 'dat het geschape stont om door de voor nomde slus het geheele heijlant door het zeewater gedij stel ij weert te werden, soo dat dese nieuwe sas voor Walgers slus nu is als een buijten barijere vermijs het zeewater daer nu teegen steute moet'76 Verder verklaarden de Veerse schafferof stadsfabriek, de oud-schaffer en de ha venmeester dat de Walcherse sluis altijd door een stedelijke functionaris werd be diend zonder enige Walcherse bemoeienis. Zelfs touwen en handspaken werden van tijd tot tijd door Veere bekostigd. Ook zou Walcheren geen vast peil aan de eigen sluis hebben aangehouden 77 De Veerse conclusie van dit alles was duidelijk, en behelsde dat Walcheren 'niet anders als vexatien en cichanen practiseert, om de stadt Vere te quellen, en op kosten en moeijten soekt te jagen'78. 75. GAV, dossier, 9 (1708 april 30). 76. GAV, dossier, 10 (1708 april 4); 18 (maart 7). 77. GAV, dossier, 1128 en 47. 78. GAV, dossier, 2. 62

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1988 | | pagina 104