7. Het proces Het was begin 1708 te laat voor minnelijke schikkingen. Op 21 februari was Veere aangezegd dat op 13 maart een comparitie voor het Hof van Holland zou plaatsvinden 79Walcheren vaardigde de heer Boudaen Courten, heer van Pop- kensburg, af; samen met de advocaat Paspoort reisde deze naar Den Haag. De Walcherse vertegenwoordiger werd op het hart gedrukt zich beslist niet met een of ander contract in te laten. Nadrukkelijk werd hem ook opgedragen 'te besor- gen, dat ter rolle van den voors. hove wegens desen eijlande wel emstelijk sal worden geprotesteert, wegens de groote schade die vele gelandens en lantsaten, mits het hooge en overtollige lantwater' hadden geleden80 Namens Veere, dat eerst nog poogde de zitting van het Hof uitgesteld te krijgen, gingen burgemeester Adriaan Vereist en raad Daniël Thijssen (die we al eerder ontmoetten) om in Den Haag te vertoonen de ongefundeertheijt van de sustenue' 81Nadien rapporteerden de Veerenaren dat beide partijen 'onverrigter saken waaren gescheijden'82. Bij zogenaamde besloten missive van 14 maart 1708 werd Veere gedagvaard te gen 16 aprilDaarbij werd nog eens het Walcherse bezwaar uiteengezet tegen de aanleg van een dok met 'staande water' dat door middel van dok- en spuideuren afgesloten kon worden, en vroeg Walcheren een verbod van zulke werken 83In dit stadium was het zaak over en weer zoveel mogelijk klagers te mobiliseren. Resultaat was onder meer het request van de eerder genoemde groep van circa 85 grondgebruikers en -bezitters om 'steutinge van zas en dokdeuren' in de Veerse haven te bewerkstelligen. Een delegatie hunner werd door het polderbestuur ook aangehoord, bij welke gelegenheid men 'claagelijk verthoont de groote ongele- gentheyt en schade die de selve ondergaan, door het hooge lantwater op haere bouw en weijlanden staande'. En omdat het seizoen al ver gevorderd was, vrees den de gedupeerden dat veel van de koeien en ander vee het zonder droog- of groenvoer zouden moeten stellen, dit 'tot haare totale ruïne'. Het polderbestuur besloot het 'door een nombreus getal' ondertekende request ter kennis van Veere te brengen. Het stadsbestuur ontving een afschrift van het request met daarbij ge voegd het vriendelijke, maar niettemin ernstige verzoek de dammen in de haven te openen. De Walcherse polderbestuurders waren de overtuiging toegedaan 'dat dese clagte en versouke niet is ongefundeert'!84. Het verzoekschrift kwam goed van pas. Want eind april wist de procureur na mens Walcheren te berichten dat hij de indruk had dat de heren van Veere in Den Haag 'de saeck niet seer sterck soeken te laten voort gaen'85. Op het toegezonden Walcherse request reageerden de Veerse stadsbestuurders met de boodschap, dat het hen 'van herten leed is,tgeluk niet mogen genieten, van met uedelagtbaren in een vrundelijke conferentie te treden om uedelagtbaren mondeling voor te dra gen onse goede gedagten en opinien'Wel had de stad nu besloten de dammen te 79. GAV, inv. nr. 16, f. 57v (1708 maart 1). 80. AWW. inv. nr. 16, f. 58v-59 (1708 maart 5). 81GAV, inv. nr. 13 (1708 maart 3; 1708 maart 6). 82. GAV, inv. nr. 13 (1708 maart 24). 83. AWW, inv. nr. 232 (N) (1708 maart 14). 84. AWW, inv. nr. 16 f. 64-65 (1708 april 19). GAV, dossier, 30 (1708 april 19). 85. AWW, inv. nr. 232 (AA) (1708 april 28). 63

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1988 | | pagina 105