anticipatiepenningen; hiermee zou grotendeels de schuld aan de kamers Amster dam en Delft worden voldaan. Verder zou Zeeland afstand doen van haar aandeel in de reeds geplaatste obligatielening onder garantie van de Staten Generaal121. Van deze deposito's heeft Zeeland na 1783 wel een deel ontvangen en ook van de geconverteerde anticipatiepenningen heeft de kamer Zeeland nog een gedeelte gekregen, te weten 1.853.713. Naderhand ontving zij een lening van het gewest Zeeland en de stad Middelburg van elk 500.000 en in 1785 werd een premie loterij uitgeschreven. Tabel 10. Overzicht van de gegarandeerde leningen van de kamer Zeeland. 1785- 1796 122 1785 gefourneerd Staten van Zeeland 500.000 1785 gefourneerd stad Middelburg 500.000 1785 loterij 1785, aflosbaar 1792 1.950.000 1786 gefourneerd Staten van Zeeland 2.300.000 1786 op wisselbrief met accoord Ontvanger Generaal 72.150 1786 door Staten van Zeeland opgeschorte penningen 300.000 1787 loterij 1787, aflosbaar 1797 1.125.000 1787 negotiatie in obligaties 472% 1.000.000 1788 Engelse Kroon met garantie Staten van Zeeland 472% 2.000.000 1789 gefourneerd door Zeeland resolutie 29 oct 1788 1.200.000 1790 lening stad Middelburg 500.000 1790/94 gefourneerd door Zeeland volgens resolutie 29 dec 1788 4.375.000 1791 premielening (loterij) van resolutie 23 feb. 1791 3.300.000 De opbrengst van deze loterij voor de kamer was 1.950.000. Er werden 6.500 loten uitgebracht; hiervan werden er 1.089 in Amsterdam en 277 in Den Haag verkocht123. Het Zeeuwse aandeel in deze loterij was 79%. In 1787 werd wederom een premieloterij gehouden; de opbrengst van deze loterij was 1.000.000. Van de 5.000 loten werden er 1.400 in Amsterdam en Den Haag aan de man gebracht124. In deze loterij was het Zeeuws aandeel 72%. Ook is gepoogd de negotiatie van 1787 a 4%, groot 1.000.000, elders onder te brengen. Een van de personen die hiervoor zorg zouden dragen was Hendrik Au gustus baron van Kinckel. Deze kapitein ter zee bij de admiraliteit van Zeeland had wel meer voor de kamer Zeeland gewerkt. Hij heeft zich bezig gehouden met de aanwerving van personeel in Duitsland (zie het laatste hoofdstuk). Op 16 mei 1788 werden hem 20 obligaties van 50.000 gegeven om deze te koop aan te bieden in Amsterdam en Den Haag. Op 26 mei waren deze obligaties weer terug in Zeeland. Op de generale staat van 31 mei blijkt dat 950.000 van deze nego tiatie is ondergebracht. Uit rentebetalingen die in 1793 werden gedaan, kan afge- 121De Heer, Bijdrage tot de financiële geschiedenis, 64-65. 122. De Korte, De financiële verantwoording, bijlage 14; ARA. VOC, inv. 13.847 nr. 1 F33, F34, Stukken betreffende de uitgifte door de kamer Zeeland van een lening...; Kesteloo,'Stads rekening van Middelburg', Archief ZGW VIII, 5e stuk (1902) 140. 123. ARA, VOC, inv. 13.847 nr. 3c, bijlage A. 124. ARA, VOC, inv. 13.850 nr. 5g, Bericht eener Negotiatie, groot twee miljoenen guldens (27-8-1787). 83

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1989 | | pagina 113