den uitstonden tegen een hogere rente, dienden deze zo spoedig mogelijk te wor
den afgelost. De gebruikelijke splitsing van de schulden in drie groepen ver
viel hiermee130. Het tekort op de balans per 29 februari 1796 was totaal
119.055.675; dit saldo werd geheel gefinancierd door de door de overheid ge
garandeerde leningen tot een bedrag ad 119.712.113. Het aandeel van de kamer
Zeeland in deze schuld was natuurlijk een kwart, dus 29.928.028. In ieder
geval werd van dit bedrag 15.590.000 gegarandeerd door de stad Middelburg
en de Staten van Zeeland131. De rest van de Zeeuwse schuld kwam voor rekening
van de Staten van Holland. Maar toen was de Compagnie reeds ten onder ge
gaan.
Na de machtsovername door de patriotten in 1795 werden de bewindhebbers
afgezet en werd het 'Committé tot de zaken van de Oost-Indische Handel en Be
zittingen' in het leven geroepen. Zeeland had hierin zes leden, waarvan vijf oud-
bewindhebbers. Dit waren Daniël Radermacher, Comelis Caen, Bonifatius Ma-
thias Pous, Johan Willem Schorer en Daniël Jaques de Superville. Het zesde lid
was de Amsterdamse patriot W. Kist. Het Comité heeft in Zeeland een kwijnend
bestaan geleid. Schorer en De Superville namen al in 1796 onslag, Pous overleed
in 1797. En ook Caen was in 1797 ernstig ziek geworden. In oktober 1797 was
dan ook Daniël Radermacher de enige Zeeuw die naar Amsterdam afreisde om
een vergadering bij te wonen132.
Met de oprichting van het Comité had de Nederlandse Staat alle bezittingen en
schulden van de Compagnie overgenomen, hiermee was de Bataafsche Repu
bliek eigenaar geworden van de VOC. In 1798 werd bepaald dat houders van
VOC-actiën schadeloos zouden worden gesteld voor de overname van de Com
pagnie. In de eerste jaren na de revolutie waren de patriotten echter niet geneigd
130. Schulden van de generale Compagnie en van de kamer Zeeland, 1791-1796 (in guldens).
Obligaties ten laste Obligaties ten laste
van de generale Comp. van de kamer Zeeland
1791 102.891.458 25.722.865
1792 112.617.148 28.154.287
1793 116.715.758 29.178.940
1794 117.150.983 29.287.746
1795 119.011.013 29.752.753
1796 119.712.113 29.928.028
Bron: ARA, OIC, inv. 114 (1790/29-2-1796).
131. Gegarandeerde leningen van de kamer Zeeland:
loterij 1785 2.300.000
Engelse Kroon 2.000.000
negotiatie volgens resolutie 29 dec. 1788 4.375.000
stad Middelburg 500.000
loterij 1787 1.125.000
negotiatie a 4% 1.000.000
loterij 1791 4.290.000
totaal 15.590.000
Bron: ARA, VOC, inv. 13.856 nr. 9, Overzigt van de Negotiatie gelden.
132. RAZ, M-P-TvP, inv. 374 f. 13; Van Eyck van Heslinga-Koek, Van Compagnie naar
Koopvaardij49.
86