BIJLAGE VII. Gewogen schatting naar het totaal aantal Zeeuwen in dienst van de VOC
in Azië en op de schepen, 1625-1790
1625217
1687/88
1700218
1720
1750
1770
1790
In Azië
landpersoneel
zeelieden
-officieren
2
13
12
19
15
30
28
-onderofficieren
8
48
47
62
49
112
94
-manschappen
15
90
88
145
144
303
282
soldaten
62
349
363
98
45
20
44
overigen
107
358
542
720
678
1.093
1.006
zeepersoneel
zeelieden
-officieren
11
32
23
29
13
8
6
-onderofficieren
43
119
86
96
44
31
20
-manschappen
81
224
163
225
129
83
59
soldaten
27
226
4
1
-
1
overigen
31
-
32
51
26
27
11
Op de heenvloot
zeevarenden
(298)
(265)
(253)
(319)
(288)
-officieren
14
22
25
28
28
39
20
-onderofficieren
51
85
95
91
92
120
69
-manschappen
96
159
179
213
225
291
206
soldaten
33
54
60 (59)
22 (31)
12(15)
5(6)
6(6)
passagiers
37
61
69
100
114
119
63
Op de retourvloot
zeevarenden
-officieren
4
10
11
13
9
13
20
-onderofficieren
14
36
42
42
31
45
69
-manschappen
27
67
79
98
92
136
206
soldaten
9
23
26
10
4
2
6
passagiers
10
26
30
45
38
45
20
Totaal
682
1.798
1.978
2.111
1.789
2.522
2.236
aantallen gegeven door Bruijn,'De personeelsbehoefte', 238 noot 41
217. Voor de aantallen van het personeel is gebruikgemaakt van Bruijn en Lucassen, Op de
schepen der Oost-Indische Compagnie. 134 bijlage 1.
218. Voor de aantallen van het personeel in Azië - zowel het land- als zeepersoneel, als het
personeel op de schepen - is gebruik gemaakt van Lequin, Personeel van Bengalen352 bijlage
4. Voor de verdeling van het personeel aan boord van de schepen in Azië is gebruik gemaakt
van Bruijn en Lucassen. Op de schepen der Oost-Indische Compagnie, 134 bijlage 1
127