JAARVERSLAG OVER 1989 VAN DE HOOFDCONSERVATOR
De voornaamste veranderingen in vergelijking met 1988 betreffen de activiteiten
die ontplooid zijn met betrekking tot de tot begin 1989 nog 'slapende' collecties
Natuurhistorie en Gesteenten en mineralen.
De heer R. Struyk, bij besluit van de Algemene Ledenvergadering van december
1988 benoemd tot conservator Natuurhistorie, is in 1989 begonnen met een in
ventarisatie en een schoonmaakbeurt van de niet-gerestaureerde opgezette vo
gels. Deze deelcollectie is, mede door onvoldoende toerusting van het Zeeuws
Museum op het gebied van menskracht en opbergruimte, enigermate verwaar
loosd. Dit geldt ook voor de preparaten op liquor, die eveneens onder het toezicht
van de conservator Natuurhistorie vallen. De problemen m.b.t. deze verzameling
zijn nog niet helemaal opgelost, maar een goed begin is er!
Op 13 juni 1989 werd de heer J.M. Moraal door de Algemene Ledenvergadering
benoemd tot conservator Gesteenten en Mineralen. Het betreft hier een oude Ge
nootschapsverzameling die in beheer bij het Zeeuws Museum is; wij troffen deze
collectie in een van de museumdepots aan, waar zij - nog onuitgepakt - in karton
nen verhuisdozen zat. Op de hem eigen voortvarende wijze is de heer Moraal be
gonnen met een herinventarisatie van deze fraaie verzameling. Enkele stukken
(pyrieten) bleken door vocht als het ware opgelost te zijn. Andere bleken radio
actief te zijn; deze zijn nu veilig opgeborgen in loden containers in de brand
weerkazerne te Vlissingen. Er zijn, op kosten van het Museum en het Genoot
schap, enkele kasten vervaardigd om deze collectie overzichtelijk te kunnen
opbergen.
De eind 1988 tot subconservator Boeken en Handschriften benoemde drs F.F.X.
Smulders volgde bij besluit van de Algemene Ledenvergadering van 12 decem
ber 1989 drs H.J. Zuidervaart op als conservator. Dr Smulders (hij promoveerde
in september 1989) is, in samenwerking met de Zeeuwse Bibliotheek, reeds tij
dens zijn subconservatorschap begonnen met het werk waar zijn voorganger we
gens privé-omstandigheden niet aan toe gekomen was de ordening van de ruil-
abonnementen. De collectie boeken en handschriften zelf vergt veel aandacht,
die niet zozeer de materiële verzorging betreft (deze is aan de Zeeuwse Biblio
theek toevertrouwd), maar veeleer de inventarisatie en de registratie van het zo
genaamde oud bezit en van de handschriften. Zie hierover verder het deelverslag.
Met positieve en negatieve registratie, maar nu van de numismatische collectie,
is ook bezig de conservator Munten en penningen, de heer drs C.J.F. Klaassen.
Een verschil van mening tussen hem en de conservator van het Zeeuws Museum,
over de toegang tot het depot waar een deel van de verzameling ligt opgeslagen,
leidde er bijna toe dat wij het zonder deze deskundige conservator moesten stel
len. Het Genootschap heeft gevraagd of de contacten tussen hem en het Museum
via de nieuwe directeur, mevrouw drs I.V.T. Spaander, kunnen lopen. Dit verzoek
is ingewilligd. De verstandhouding is thans verbeterd en de collectie kan weer de
zorg krijgen die nodig is. Voor een beschrijving van de aanwinsten zij verwezen
naar het deelverslag.
Ook de verzamelingen Geschiedkundige voorwerpen, kunst en kunstnijverheid,
Muziekinstrumenten, Volks- en volkenkundige voorwerpen vergde nogal wat ac
tiviteit van de conservator. Dank zij de inspanningen van drs J.H. Kluiver kon
een begin worden gemaakt met de restauratie van de middeleeuwse houten gevel
aan het pand Wagenaarstraat 1
XV