c
c
c
1
C
1
Tabel I. Inhoud en schrijvers van de rol
vel tekst datum privilege oorkondende graaf
schrijver taal
kop txt mrg kop txt mrg
1 voorwoord
-
A
1
-
priv. 1 1319 januari 27
Robrecht III
A
A
C
f f
priv. 2 1279 juni 4
Gwijde
A
A
C+D 1
1 f+1
priv. 3 1275 mei
Margareta en Gwijde
A
A
C 1
f f
priv. 4 1244 januari
Thomas en Johanna
A
A
C
1 1
priv. 5 1245 februari
Margareta
A
A
C I
1 1
priv. 6 1228 mei
Femand en Johanna
A
A
C 1
1 1
blauw
2 priv. 7 1325 april 13
Lodewijk van Nevers
-
B
f f
priv. 8 1323 april 4
Lodewijk van Nevers
-
B
f f
priv. 9 1325 april 13
Lodewijk van Nevers
-
B
f f
blauw
3 gewoonterecht van de Aardenburgers art. 1 -32
A
A+E
C 1 1
wit
4 gewoonterecht van de Aardenburgers art. 33-44
A
1
Ivo rugschrift
F
1
priv. privilege
txt tekst
kop koptekst
mrg marginale aantekeningen
1 Latijn
f Frans
blauw, wit kleur van de gebruikte aanhechtingsdraad
Het derde en laatste gedeelte is geschreven op de vellen 3 en 4. Het bestaat uit 44
artikelen15 waarin het Aardenburgse gewoonterecht en de inrichting van het
stadsbestuur uiteengezet worden. Deze 44 artikelen worden voorafgegaan door
de koptekst 'Hec sunt consuetudines Ardenburgensium'('Dit zijn de gewoonten
van de Aardenburgers')16. Ook in dit derde gedeelte zijn aantekeningen in de
marge gemaakt waarin de inhoud van de artikelen becommentarieerd wordt. In
korte notities wordt een artikel afwisselend af- dan wel goedgekeurd en worden
veranderingen voorgesteld17. Tevens zijn sommige artikelen geheel of gedeelte
lijk doorgehaald, waarbij in een aantal gevallen de doorgestreepte tekst vervan-
15. De uitgave van dit gedeelte van de rol door Vorsterman van Oyen telt 43 in plaats van 44
artikelen omdat hij de artikelen 7 en 8 als één artikel opnam (bij Vorsterman van Oyen: art. 7).
16. bijlage 1p. 34.
17. Ad art. 1: 'Jurabit sicut Brugis': ad art.4: 'Emendetur'; ad art. 5: 'Fiat sicut Brugis'; ad
art. 10 'Hoe tollatur'; ad art. 14: 'Bona est'; ad art. 18: 'Durior pena imponatur dicit Brugis'; ad
art. 38: 'Ordinetur'; ad art. 43: 'Non fiet sic' (bijlage 1, pp. 34-36: bijlage 2, p. 39).
6