kan de vierde laag worden gedateerd in de tweede helft van de 14e eeuw; de derde in de 15e eeuw. De datering van de tweede en eerste laag is niet nauwkeu rig te geven. Het hele ophogingspakket rust op 10 cm rietveen dat naar onder toe overgaat in een gyttja ter dikte van 10 cm. De gyttja rust op grof geulzand16. Een belangrijk resultaat van het onderzoek wordt verkregen door de interpreta tie van het onderste deel van het profiel. De grens tussen het veen en laag vier kan worden opgevat als de bodem van de gracht van de vroegmiddeleeuwse ronde burcht van Middelburg. Het natrekken en de herinterpretatie van een vondstmelding uit 1978 maakte het mogelijk de ligging van de vroegmiddel eeuwse wal van de burcht en van de kapel van het minderbroedersklooster ten opzichte van de gracht nauwkeuriger te bepalen (zie Late Middeleeuwen: Bo- gardstraat). In de Kroniek over 1991 zal dieper worden ingegaan op de ligging en de opbouw van de ronde burcht van Middelburg naar aanleiding van het archeo logische onderzoek dat werd uitgevoerd tijdens de reconstructie van het Abdij plein in mei van dat jaar. Late Middeleeuwen Inventarisatie pelgrimsinsignes (fig. 8) Met de presentatie van onderstaande lijst van nieuw gedocumenteerde pelgrims insignes over de periode maart 1989 tot maart 1991 wordt een periode van vijf jaar van actieve inventarisatie op dit gebied als afgesloten beschouwd. De aantal len van de afgelopen twee jaar bevestigen het eerder vastgestelde algemene beeld met betrekking tot de populariteit van de vanuit Zeeland bezochte bedevaart plaatsen17. In afbeelding 8 is een kleine selectie opgenomen18. Nr 1 toont nog eens de heilige Adrianus uit Geraardsbergen. Een derde van de Zeeuwse pel grimstochten in de late middeleeuwen had Geraardsbergen tot doel. Nr 2 wordt in deze kroniek onder de vindplaats Veere besproken. Nr 3 is het eerste voor beeld van een insigne dat met wat meer zekerheid dan de 'hoorntjes' aan de be devaartplaats Saint-Hubert-en-Ardenne kan worden toegeschreven. Nr 4 is een mooi voorbeeld van een insigne uit Rome met de gekruiste sleutels, de Vera Ikon en de pauselijke tiara. Nr 5 is een slordig uitgevoerde variant van het 'type Sluis' van de insignes die te Aardenburg aan de pelgrims werden verkocht19. Nr 6 is een rechthoekige tinnen plaatje waarop Maria is afgebeeld met de randtekst: FINIS- 16. Verdere détailgegevens, waaronder de determinatie van het botmateriaal, zijn aanwezig in het interne opgravingsverslag. 17. Zie Van Heeringen. Koldeweij en Gaalman 'Heiligen uit de modder' en Van Heeringen 'Archeologische kroniek 1988'. 18. De volgende personen en instellingen verleenden hun medewerking: M. van der Avoort. Teteringen: H. Hendrikse, Breskens: P. de Jongh, Meliskerke; drs T. Polderman, Veere: Provin ciaal Depot voor Bodemvondsten. Middelburg; H. Sijbel. Middelburg; R.J. Voeten, Breda en het Zeeuws Museum te Middelburg. De in figuur 8 opgenomen insignes behoren tot de vol gende collecties: Zeeuws Museum (nrs 1 en 2); R.J. Voeten (nrs 4,5,6 en 7); M. van der Avoort (nr 3) en H. Hendrikse (nr 8). 19. Ter gelegenheid van de tentoonstelling 'Pilgremme tot Ardenbuerch' die van 3 mei tot 29 september 1991 in het Gemeentelijk Archeologisch Museum van Aardenburg is gehouden, werden aan de hand van de acht nu bekende insignes van deze bedevaartplaats de gegevens over dit Maria-bedevaartsoord opnieuw geinterpreteerd (Van Heeringen en Hendrikse 'Nieuw licht op de Maria-verering'). 131

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1991 | | pagina 167