echtgenote. Helen Creswell, aan E. Smit (1928-1952), alsmede enige andere
stukken verkregen. Van dezelfde schenker kwamen brieven van en andere stuk
ken betrekking hebbend op mevrouw A.F. Ochs (Oakes) en haar huis De Struys
(Schotsche Huis) te Veere (ca 1939-1946) in de verzameling.
Archeologische Voorwerpen en Objecten
De conservator ir J.A. Trimpe Burger bericht als volgt:
De directeur van het Römisch-Germanisches Museum (Forschungsinstitut für
Vor- und Frühgeschichte), dr H.W. Böhme, heeft in een aan de directie van het
Zeeuws Museum gericht schrijven van 15 augustus 1991 toestemming gevraagd
voor een bruikleen uit het eigendom van het Genootschap. Het betreft een vroeg
middeleeuwse fibula met de beeltenis van een griffioen. Het uit Schouwen af
komstige sieraad (uit de collectie J.A. Hubregtse, inv.-nr G 2758) zal worden
geëxposeerd op een tijdelijke tentoonstelling die van 23 maart tot 21 juni 1992 in
het Historisches Museum der Pfalz te Spiers zal worden gehouden, onder de titel:
'Das Reich der Salier (1024-1125)'. Een foto van het zeldzame voorwerp zal
worden opgenomen in een catalogus, met de vermelding 'Koninklijk Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen, Zeeuws Museum, Middelburg'. De directeur
van het Zeeuws Museum, mevrouw drs I.V.T. Spaander, en de conservator, me
vrouw drs H.RS.M. van den Donk, voerden de correspondentie over dit voor
werp en verzorgden tevens de verzending en verzekering. Het is verheugend vast
te stellen, dat het Genootschap wederom een bijdrage heeft kunnen leveren aan
een belangrijke tentoonstelling in het buitenland.
Geschiedkundige Voorwerpen en Objecten, Kunst en Kunstnijverheid
De conservator drs J.H. Kluiver bericht als volgt:
Tot het conservatorschap van een afdeling behoort ook het verrichten van onder
zoek op het betrokken vakgebied. In dit verband zijn enige resultaten te melden
van onderzoek naar meubelkunst en interieur.
Hoewel nog vele zestiende- en zeventiende-eeuwse vertrekken in Zeeuwse mo
numentenpanden aanwezig zijn, geven deze nauwelijks een indruk van de vroe
gere pracht; de betimmeringen zijn dikwijls gesloopt en de plafonddecoraties zijn
vaak overgeschilderd. Af en toe komt door toevallige omstandigheden nog iets
van de vroegere luister aan het licht. Dat was in 1990 bij een slooppand in de Bo-
gardstraat te Middelburg het geval. Uit een container konden kinderbalken en
vloerdelen worden veiliggesteld welke een zeer artistieke decoratie van sjabloon-
werk vertoonden. Op de balken bevonden zich fijn-getekende arabesken in zwart
en rood op oker; op de planken op een ondergrond van wit en geel werden car
touches in groen en rood en medaillons in groen, rood en zwart aangetroffen.
Waarschijnlijk betreft het materiaal van een pand dat eind zestiende eeuw uit
sloopmateriaal van het vroegere minderbroedersklooster werd opgetrokken. Het
ligt in de bedoeling de decoratie zo volledig mogelijk te reconstrueren.
Een ander onderzoek betreft een historische orgelkas uit het midden van de acht
tiende eeuw. In Zeeland bestond een eigen bouwstijl van huisorgels, met als
voornaamste kenmerken een vooruitspringende onderkast waarin het klavier was
ondergebracht en een verhoogde middentoren die ruimte liet voor een lessenaar.
Tot dit type behoorde onder meer het verloren gegane groot huisorgel van Daniël
Radermacher (zie Archief 1974, de afbeelding tegenover blz. 138) en het orgel in
het Museum Het Vleeshuis te Antwerpen, die beide door de Middelburgse orgel-
XVIII