delburg naar een andere ruimte in Oost-Souburg is vlot en zonder schade verlo
pen. De nieuwe behuizing is beter dan de oude en er kan goed worden gewerkt.
Onze medewerker drs H. van Essen heeft meerdere zwerfstenen van noordelijke,
oostelijke en zuidelijke herkomst aangedragen. Grove grinden, welke in Zeeland
ten behoeve van oeverbescherming en dergelijke doeleinden worden aangevoerd,
kunnen hierdoor worden gedetermineerd.
Op verzoek van de conservator brachten vissers uit de noordelijke Noordzee op
gehaalde gesteenten mee. Daar waren interessante stukken bij, op grond waarvan
kon worden geconcludeerd, dat op de vindplaatsen in de Noordzee dezelfde om
standigheden hebben geheerst als bij de achterlating van glaciaal materiaal na de
Saale-ijstijd in noordelijk Nederland.
Het inzicht omtrent de verspreiding van gesteenten en zanden in de Noordzee,
voornamelijk langs de Hollandse, Zeeuwse en Vlaamse kust, geeft een beeld van
de natuurlijke verschijnselen welke zich aan Nederlandse kust hebben voorge
daan en van het materiaal waaruit de kust is opgebouwd.
Gewerkt wordt aan een inventaris van de in Zeeland gebruikte bouwsteen van
natuurlijke oorsprong. De herkomst daarvan wordt nagespoord en in situ zullen
monsters worden genomen.
Een aantal uit Brazilië afkomstige mineralen, geschonken door drs C.J.F. Klaas-
sen. kan als aanwinst voor de verzameling worden vermeld. Een aantal bazalt-
soorten (zwerfstenen) zijn aan de geologische suite van Fokker en Seelheim toe
gevoegd.
Natuurhistorische Voorwerpen, onderafdeling Fossiele Botten
De conservatoren drs A.P.J. Bil en J.M. Moraal berichten als volgt:
Het jaar 1991 heeft voor ons in het teken gestaan van een ingrijpende reorganisa
tie welke verband hield met de depotruimte van de Zeeuwse Museumstichting.
De conservatoren werden voor een voldongen feit gesteld: de ontruiming van het
bottendepot in de kelder van het Zeeuws Museum was geen punt van discussie,
het was min of meer een bevel. Er zijn nooit wrijvingspunten tussen de directie
van het Zeeuws Museum en de beheerders van de natuurkundige voorwerpen ge
weest; bovengenoemde kwestie vond haar oorzaak in gebrek aan een alternatief.
De bruikleenovereenkomst staat echter niet toe, dat door toedoen van de directie
van het Zeeuws Museum een deel van de verzameling elders wordt onderge
bracht. Inmiddels is alle betrokkenen duidelijk geworden, dat de verzameling
botten van pleistocene zoogdieren niet slechts voor Zeeland, maar voor geheel
Nederland van groot belang is. Dit besef resulteerde in een aanvaardbare oplos
sing. Het Rijksarchief in Zeeland beschikt over een ruimte in Oost-Souburg en
daar is nu de gehele verzameling ondergebracht. In deze ruimte bestaan alle voor
bewaring van de fossiele botten nodige voorzieningen, zoals klimaatbeheersing
en goede veiligheidsmaatregelen - noodzakelijk bij een zo geïsoleerd gelegen op
slagplaats. In ieder geval kan in het nieuwe depot prima gewerkt worden op een
professioneel niveau.
Met behulp van drs D. Mol en drs H. van Essen werd de verzameling systema
tisch in de nieuwe behuizing ondergebracht. Verheugend is, dat al jarenlang slui
merende voorwerpen bij de verhuizing aan het licht kwamen en daardoor in de
collectie konden worden opgenomen. Een fraai voorbeeld is een sternum (borst
been) van de mammoet.
In ieder geval is de overzichtelijkheid van de verzameling belangrijk toegeno-
XXII
