Afb. IDraagconstructies bij woonhuizen met houten gevels. Links: overkraging op
console. Rechts: overkraging op moerbalk.
Het huis St Pieter te Middelburg behoorde tot het type van het driekwart ver
steende huis. De achtergevel was van steen, de zijmuren dito, met moerbalken op
consoles, en alleen de voorgevel was van hout. Voor Middelburg is niet een
soortgelijke bepaling bekend als die te Zierikzee in 1485 werd uitgevaardigd,
maar men mag aannemen dat de praktijk van het bouwen zich hier op eenzelfde
wijze ontwikkelde.
Voor de late 15e en 16e eeuw leidt het verschijnsel van het bouwen van houten
gevels voor stenen huizen tot een gecompliceerder bouwgeschiedenis van de
panden. In dit opzicht geeft de constructie niet altijd uitsluitsel. Wanneer de kin
derbalken een overstek vormen die het vooruitspringend gevelgedeelte draagt
kan men er met zekerheid van uitgaan dat de gevel vanouds in hout was opge
trokken. Wanneer de overkragingen door middel van consoles tot stand zijn ge
bracht hoeft dit echter niet te betekenen dat de houten gevel voor een stenen ge
vel in de plaats is gekomen.
Het doortrekken van de kinderbalken over de moerbalken was geen ideale
constructie. Men moest ofwel de openingen tussen de kinderbalken afdichten of
de moerbalk verzwakken met doorgaande sleuven. Er was bij houten gevels geen
sprake van een toenemende overkraging ten opzichte van het binnenwerk, door
dat ook de zijmuren het verloop van de voorgevel volgden. Houten woonhuizen
werden nog tot aan het begin van de 17e eeuw gebouwd. Voor Middelburg was
het eindpunt de ordonnantie op erfscheidingen en servituten van 1617. Deze ver
bood
1Deze ontwikkeling is uitvoerig behandeld in: R. Meischke, Het Nederlandse woonhuis van 1300-
1800. Vijftig jaar Vereniging Hendrick de Keyser (Haarlem 1969) 113-115; voor de bronvermeldin
gen zij ook naar dit werk verwezen.
34