Van het beeld van St Pieter is een replica in kunsthars vervaardigd door schrij
ver dezes. Het was niet meer verantwoord het kostbare middeleeuwse beeld nog
langer aan weer en wind bloot te stellen of mogelijk ook het risico van diefstal te
lopen. Door de vele holten en uitstulpingen was het geen eenvoudige zaak een
bruikbare mal te verkrijgen, maar het is met enig geduld gelukt een getrouwe ko
pie te vervaardigen. Het oorspronkelijke beeld zal in de verzameling van het Ge
nootschap in het Zeeuws Museum worden ondergebracht.
De vensters zijn alle vernieuwd. Zij waren van grenehout en dateerden waar
schijnlijk meest uit 1875. Zij zijn geheel volgens de bestaande afmetingen en
profilering uit eikehoul vervaardigd. In de vensters van de ramen op de etages
zijn opnieuw glas-in-lood-ruiten aangebracht, in die van de onderpui gewoon
glas in klein formaat. Teneinde het glaswerk tegen vandalisme te beschermen,
moest worden besloten tot het aanbrengen van voorzetramen van lexaan. Deze
spiegelende vlakken doen veel afbreuk aan het fraaie uiterlijk van de gevel, maar
er was geen keuze: het gaas van de voorgaande voorziening was tegen het ge
weld van straatstenen niet bestand gebleken. De nood is in dit opzicht ook een
deugd: het lexaan beschermt de achterliggende vensters nu ook tegen het inwate
ren, zodat deze voorziening de duurzaamheid van het werk ten goede komt.
Om deze reden is ook veel aandacht besteed aan het dak. Een van de oorzaken
van het opgetreden verval was het afwaaien van dakpannnen. Dit is nu tegenge
gaan door het aanbrengen van panhaken. Het daklood is geheel vernieuwd als
mede de panlatten en enige zwakke spanten. Het schilderwerk is door het schil
dersbedrijf Buitelaar-Pouwer geheel op klassieke wijze uitgevoerd. Van de firma
De Bok te Amsterdam is ouderwetse lijnolieverf betrokken, samengesteld op ba
sis van ongekookte lijnolie voor de grondlaag en gekookte lijnolie voor de dek
laag. Hiermee is aansluiting gezocht bij de aloude methode van impregneren met
lijnolie, die zijn deugdelijkheid in de loop van de eeuwen heeft bewezen.
Het resultaat is thans een prachtig herstelde middeleeuwse gevel die een be
langrijk stuk cultureel erfgoed vormt. Ook voor de toekomst is de instandhou
ding gewaarborgd: de naastbetrokkenen, het notariskantoor Janse de Jonge en
Van Wouwe, de firma's Geschiere Wattel en Buitelaar Pouwer garanderen door
het begunstigerschap van het Genootschap de voeding van een fonds waaruit toe
komstig onderhoud kan worden bekostigd.
Rest ons nog namens het Genootschap dank en erkentelijkheid uit te spreken
jegens de subsidiënten die deze restauratie mogelijk maakten: de rijksoverheid en
de provincie voor hun subsidies, de gemeente Middelburg voor een bijdrage uit
het stadsvernieuwingsfonds, het prins Bernhardfonds en het Bouwcultuurfonds
Zuid voor hun donaties en tenslotte de leden van het Genootschap voor hun gif
ten om te voorzien in de niet-subsidiabele kosten.
21. Deze behandeling staat m een schril contrast tot hetgeen met de houten gevelwand in de
Spuistraat is gebeurd. Deze verdween met de oorspronkelijke ribben in de container omdat de delen
niet te handhaven zouden zijn geweest. Niets was minder waar: de delen hadden onbeschadigd gede
monteerd kunnen worden en na herstel opnieuw dienst kunnen doen: het hout was grotendeels nog in
goede staat en voor het overige te herstellen. Wat men thans ziet aan het betreffende pand is een ge
heel nieuwe zijgevel, quasi oud gemaakt door het eikehout met de dissel te laten behakken: het oor
spronkelijk beschot bestond uit gezaagd hout!
55