Over de holle of concave zonnewijzers bestaan slechts enkele publikaties 3S.
Het is echter wel bekend dat deze ondiepe holle zonnewijzers veel voorkomen op
deze draagbare instrumenten. In Nederland kennen we maar enkele van deze
holle bollen op tuinzonnewijzers. Nooit horizontaal, zoals te doen gebruikelijk,
maar verticaal, zoals bij de zonnewijzer van J.de Kanter Phzn. (ca. 1800) in de
collectie van het Genootschap die de laatste jaren in het tuintje voor het Zeeuws
Museum aan het Abdijpein te Middelburg heeft gestaan. Momenteel wordt de
restauratie hiervan bestudeerd. De uitvinding van de holle zonnewijzer of CTKa^p
(Gr.: nap of schotel) wordt door Vitruvius toegeschreven aan de Griekse wis
kundige en astronoom Aristarchus van Samos, die leefde van 310-230 voor
Christus 36. Aristarchus is beroemd geworden als de eerste geleerde die de helio
centrische gedachte propageerde, achttien eeuwen voor Copernicus, Galileï en
Philippus Lansbergen 37. En hiermee zijn we weer terug aan het begin van het
verhaal over de vraag of de aarde of de zon het middelpunt van ons planetaire
stelsel is. Ondanks 25 eeuwen strijdvraag maakt het voor de tijdaanwijzing op
zonnewijzers niets uit.
Conclusie
Op oude zonnewijzers is veel informatie opgenomen over de loop van de scha
duw van de zon en de maan en de betekenis voor de tijdaanwijzing. Met hun ta
bellen en omrekeningsschijven hebben ze veel functies. Deze extra gegevens wa
ren waarschijnlijk aangebracht om het vakmanschap van de makers te tonen; ze
werden doorgaans nooit gebruikt of begrepen door de meeste eigenaren. Net zo
als bij de hedendaagse zak-rekenmachines en draagbare computers; multifunctio
neel met veel knoppen waarvan de meeste ongebruikt blijven bij de gemiddelde
bezitter3S.
35. Literatuur holle zonnewijzers.
a. J.H. Knoop, Verhandeling van de sphaerische of klootsche zonne-wijzers; hoe men op een
sphaera convexa, of ronde kloot, allerley zonnewijzers meetkonstig beschrijven kanalsmede
om in een sphaera concava of halve holle kloot, veelerley Uur- en andere cirkels kan
beschrijven. Leeuwarden, H.A.de Chalmot, 1761. 244 pp. en XXI platen.
b. H.H. Mendel, 'Het hemispherum van Berose'. Bulletin Zonnewijzerkring 2 (1978) 39-42.
c. M.J. Hagen, en H.H.Mendel. 'Holle bollen en derzelver ont-KNOOP-ing'. Bulletin Zonnewij
zerkring 3 (1979) 83-88.
36. Voor gegevens over Aristarchos van Samos zie Gillespie, Dictionary.
37. J.T.H.C. Schepman, 'Philippus Lansbergen'. Zeeuws Tijdschrift 21 (1971)37-42.
38. R. Bowling, 'Manchester sundial soiree'. British Sundial Society 94.1 .p.37
105