Afb. 4. Zierikzee-Colijnsplaat. Geweibijl. Grootste lengte 22,5 cm. Het gaat om een tak van hulsthout'. De snede vertoont snijsporen en krassen. Zo wel aan de bewerkte kant van de snede als aan de onbewerkte kant is een duide lijke hoogglans waarneembaar. Dit doet vermoeden dat het artefact is gebruikt bij het bewerken van de grond. Zowel van de bijl zelf als van het hout van de steel is een l4C-monster genomen''. De ouderdom van het bot ligt in zonnejaren bij een standaardafwijking van 1 sigma tussen 2465 en 2313 v. Chr., de ouderdom van het hout tussen 2853 en 2500 v. Chr. Ondanks het grote verschil in de uitslag tus sen beide metingen, mogelijk veroorzaakt door de geringe hoeveelheid gemeten materiaal, dateert de bijl dus uit het Neolithicum. De bijl kan daarmee in verband worden gezien met de nederzetting van de Vlaardingen-cultuur te Haamstede- Brabers, die hemelsbreed ca. 10 kilometer naar het noordwesten ligt. Romeinse Tijd Goes - De Poel II (afb. 5) Op 7 juni werd een verkenning uitgevoerd op het industrieterrein De Poel II ten zuidwesten van Goes. Bij de aanleg in het kader van de ecologische landschaps bouw van een zeer vlak, zo goed als horizontaal sloottalud van meer dan 5 meter breedte, kon een groot aantal moerneringsputten worden bestudeerd. De kuilen waren wisselend van grootte. In een van de putten was de plaats waar de turven 5. Determinatie drs. L. Kooistra, ROB. 6. Met dank aan dr. KI. van der Borg, Rijksuniversiteit Utrecht. Colijnsplaat I (bot) 3910 50 (UtC-3100) en Colijnsplaat II (hout) 4080 50 (UtC-3101). 229

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1994 | | pagina 255