tiende en zestiende eeuw niet bekend. Mogelijk dat ze er wel hebben gehangen,
schilders die hier in Veere actief waren behoorden tot de beste van Zeeland. On
der hen Jan Gossaert van Mabuse, voornamelijk werkzaam voor de familie van
Bourgondië.
Voor speciale gelegenheden werd het stadhuis als feestzaal ingericht. Ter gele
genheid van de bruiloft van de heer van Veere, Maximiliaan van Bourgondië en
Louise de Croij in 1542 bood het stadsbestuur hen een maaltijd op het stadhuis
aan. Acht dagen en nachten waren koks in een keuken op het stadhuis bezig met
het bereiden van onder meer kalveren, lammeren, kapoenen, hazen, konijnen,
geiten, kwakkels, fazanten, pauwen, kreeften, krabben en oesters. Voor het feest
dat twee dagen in beslag nam, was de raadkamer geschilderd en waren van het
kasteel Sandenburgh tapijten gehaald om het stadhuis op te sieren; toortsen ver
lichtten de zaal. Speellieden hielden het bruidspaar aangenaam bezig. Ook de
zondag daarop speelden ze 'over taefel als de Scotten ten eeten waeren'12. Bij die
gelegenheid was er ook sprake van een 'gouden cop' waarop door de goudmid
Heijnrick Loysz het wapen van de stad was gegraveerd. Deze kop was het ge
schenk van de stad aan Maximiliaan. Negen jaar later, in 1551. zou de stad een
zilveren kop van Maximiliaan ten geschenke krijgen.
Door de eeuwen heen gekoesterd als een kostbaar kleinood en bijna verkwan
seld door de Veerse gemeenschap is de verguld zilveren beker van Maximiliaan
van Bourgondië een object dat als een rode draad loopt door de Veerse cultuurge
schiedenis. De beker had, voordat de eerste markies van Veere hem in bezit
kreeg, toebehoord aan zijn neef Maximiliaan van Egmond, graaf van Buren.
Deze veldheer van Karei V had dit kostbare geschenk ontvangen als blijk van
waardering voor zijn hulp tijdens de grote veldtocht van de keizer tegen het
Smalkaldisch verbond van de Duitse keurvorsten in 1546-1547. Bij Ingolstadt
stak Maximiliaan van Egmond met een leger van twaalfduizend man op 15 sep
tember 1546 de Rijn over om de keizerlijke troepen te hulp te komen.
De ontvangst van Maximiliaan en zijn manschappen is op het fries van de be
ker afgebeeld. Het stadje Ingolstadt werd op dat moment nog bezet door Johan
Frederik van Saksen. Deze keurvorst zou als aanvoerder van het verbond het jaar
daarop bij de beslissende slag bij Mühlberg gevangen genomen worden. Bij het
overlijden van de graaf van Buren in 1548 werd de beker vermaakt aan de Veerse
heer. De schenkingsakte die hij op lichtmisseravond 1551 in Sandenburgh onder
tekende was zeer duidelijk over het behoud van dit object voor de stad. Minder
nauwkeurig was men over de afbeelding. In de akte wordt al gesproken over de
gevangenneming van de hertog van Saksen13.
Over de inrichting van het stadhuis blijft het ook in de 16e eeuw nog gissen. In
1586 werd in de nieuwe kamer in het stadhuis rondom een lijst bevestigd 'om de
tapijterie aen te hanghen'14. Wat hierop werd afgebeeld is onbekend.
Een eeuw later zijn we beter geïnformeerd over de kunstvoorwerpen. In 1668 gaf
het stadsbestuur opdracht aan een kunstenaar om een schilderij te maken. In dat
jaar bezocht de Prins van Oranje, de latere stadhouder-koning Willem III de stad
Veere. In hetzelfde jaar leverde de schilder Lambertus d'Hue (1623-1681) een
32. GAV, ASV, inv.nr. 1627 (rekening van de bruiloft van Maximiliaan van Bourgondië).
33. B. van de Boogert. Maria van Hongarije, Koningin tussen keizers en kunstenaars, 1505-1558
(Zwolle, 1993) 350.
34. GAV, ASV, inv. nr. 361 (stadsrekening 1586) fol. 59 e.v.
34