binnenkant afgesloten. Boven de deur en raamlijsten waren overal grote kieren
en spleten. Daar waar de lijsten inmiddels geheel waren weggerot, waren er ook
scheuren die in verbinding stonden met de spouwruimte. In de twee lange gan
gen was het plafond afgewerkt met gemetselde klinkers. Door jarenlange lekkage
was het voegwerk op de meeste plaatsen verdwenen en op enkele plekken waren
zelfs hele brokken metselwerk uit het plafond gevallen. De gangen en de overige
ruimten stonden door diverse openingen in verbinding met de buitenwereld. Dit
winterverblijf was van groot belang omdat dit na de winter van 1982-83 het
enige bekende winterverblijf in Nederland was van de mopsvleermuis (zie afb.
19). Andere vleermuissoorten in deze ruïne waren baardvleermuis, watervleer
muis, dwergvleermuis en grootoorvleermuis. In 1990 is een begin gemaakt met
de sloop van het complex. In de winter van 1993-94 werd in de laatste restanten
van de ruïne nog een mopsvleermuis gevonden.
Suatiesluis Reigersbosch
Een bijzonder winterverblijf in Zeeland vormt de zogenaamde suatiesluis Rei
gersbosch in Zeeuwsch-Vlaanderen. Een suatiesluis, of uitwateringssluis, dient
om het water uit het hoger gelegen achterland door een dijk te laten afwateren
naar lager gelegen gebieden. Een suatiesluis bestaat in z'n karakteristieke vorm
uit drie doorstroomopeningen of kokers, die door zogenaamde penanten van el
kaar zijn gescheiden. De doorstroomopeningen worden door halfcirkelvormige
tongewelven afgedekt en bestaan geheel uit gemetselde baksteen. Afhankelijk
van de lengte wordt de constructie gestut door eikenhouten of betonnen dwars
balken. Aan het begin en het einde van de kokers is een frontmuur opgetrokken.
Bij de suatiesluis Reigersbosch is alleen de middelste koker toegankelijk (afb.
14). Deze koker is aan de hoge zijde grotendeels dicht geslibd; het water staat
Afb. 14. Suatiesluis Reigersbosch in oost Zeeuws-Vlaanderen.
101