ARCHEOLOGISCHE KRONIEK VAN ZEELAND OVER 1994 R.M. van Heeringen Inleiding De opzet van deze kroniek, die voor het achtste jaar in het Archief verschijnt, is dezelfde als vorig jaar. Alleen de belangrijkste vindplaatsen worden besproken. Een volledig overzicht is opgenomen in het Jaarverslag van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) 1994 en een verkorte versie in Ne- halennia. Bulletin van de Werkgroep Historie en Archeologie van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, herfst 1995. De archeologische vindplaatsen staan alfabetisch gerangschikt onder gemeentenaam en zijn aange geven op afbeelding 1. Tussen haakjes staat de archeologische periode waarop de vondst betrekking heeft. Daarbij staat P voor Prehistorie, R voor Romeinse Tijd, VM voor Vroege en Hoge Middeleeuwen (tot 1200) en LM voor Late Middel eeuwen. Prehistorie Oostburg - strand Cadzand Via collega A.D. Verlinde kon een vondst van het strand van Cadzand worden beschreven. Het betreft een vuursteenafslag met een lengte van 5,7 cm en een breedte van 3,8 cm. De afslag werd gevonden door J. Boes uit Vollenhove. Vol gens H. Jongepier (Westkapelle) betreft het een Midden-Paleolithische afslag. Romeinse Tijd Aardenburg - St. Jorishof Op 13 oktober 1994 werd in de kleine nieuwbouwwijk St. Jorishof, gelegen tus sen de Heerendreef en de Bootstraat, een nader onderzoek uitgevoerd naar aan leiding van de melding van een machinist van een graafmachine dat ter plaatse veel pottenbakkersafval was weggegraven. Veldcontrole door H. Hendrikse en B. Oele van het Provinciaal Depot voor Bodemvondsten (PDB) leverde hieromtrent geen nadere gegevens op. Wel bevond zich op de bewuste plaats een waterput (zie onder Late Middeleeuwen). Vlak naast deze waterput werd op 30 cm onder het maaiveld, ter plaatse gelegen op 1,71 m NAP, het onderste deel van een crematiegraf aangetroffen. Onderzoek van de menselijk resten wees uit dat het om twee vrouwelijke individuen ging, waarvan een nog niet de volwassen leef tijd had bereikt'. Enkele begeleidende scherven dateren het graf in de Romeinse Tijd. Helaas is het Romeinse oppervlak nergens meer aanwezig. Tezamen met de sporen die in 1988 en 1990 aan de Bootstraat zijn ontdekt (zie voorgaande kronieken), zegt het nieuwe crematiegraf iets over de uitgestrektheid van het mo gelijk hier aanwezige grafveld: de afstand tussen de graven bedraagt ongeveer 200 m. 1Het onderzoek van de crematieresten is uitgevoerd door drs. A.G.F.M. Cuijpers (ROB). 123

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1995 | | pagina 153