Het dierlijk botmateriaal dat bij gebouw A is gevonden is inmiddels gedeter
mineerd27. Het materiaal geeft ons een beeld van het dagelijkse menu van de be
woners van het klooster. Het lijkt er op dat men geen luxe huishouding voerde:
de gegeten soorten zijn niet uitzonderlijk en de weggooide skeletdelen van rund,
schaap/geit en varken laten zien dat ook vlees van mindere kwaliteit werd gege
ten. Het rund was de belangrijkste vleesleverancier. Het betreft voornamelijk wat
oudere dieren. Daarna volgen varken en schaap/geit, die jong werden gegeten.
De slacht lijkt in ieder geval gedeeltelijk op het terrein zelf plaats gevonden te
hebben. Het soortenspectrum en het percentage aanwezige vogelbotten is gering
in vergelijking met andere opgegraven kloostercomplexen. Teruggevonden zijn
botten van kip, grauwe gans, wilde eend en een niet nader te determineren eend
achtige. Van de vissen stonden in ieder geval op het menu kabeljauw, schelvis en
schol. Daarnaast werden uiteraard kokkels, oesters en wulken gegeten.
Westerschouwen-duingebied
Het in de kroniek meermalen ter sprake gebrachte project in de duinen van de
Westerenban is dit jaar met veel energie voortgezet en tot een afronding ge
bracht. Door middel van een kwantitatieve analyse van het in de duinvalleien
aangetroffen aardewerk is het mogelijk gebleken het overstuivingsproces van de
Jonge Duinen in de tijd te volgen. In een periode van 300 jaar werd een groot op
pervlak van in cultuur gebrachte Oude Duinen overstoven. Tussen ca. 1000 en
1300 legde het stuivende zand een afstand van meer dan 3 kilometer af. De resul
taten zullen volgend jaar worden gepresenteerd als bijdrage aan een bundel op
stellen ter gelegenheid van het afscheid van drs. J.F. van Regteren Altena van de
Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek te Amersfoort28.
Afb. 12 Westerschouwen-strand.
Deel van een keienvloertje behorende
bij een huisplattegrond.
Foto K. Venema, Streekarchivariaat
Schouwen-Duiveland.
27. Intern verslag Archeozoölogie/ROB juli 1995: J.T. Zeiler, De maaltijd der kanunniken. Fauna-
resten uit het kloostercomplex Vrouwenpolder te Veere (Zeeland). Het materiaal uit beerput C wacht
nog op determinatie.
28. Van der Valk, Beekman en Van Heeringen, 'Stuivend zand over boerenland'.
137