verbrand. Het niveau van de opgravingsplattegrond (afb. 25) ligt op de top van de zandwal, juist onder het afgegraven kleidek. In het onderzochte vlak waren vrij veel middeleeuwse ingravingen aanwezig die gemakkelijk waren te herken nen aan hun kleivullingen. Opvallend is een twee meter brede greppel of sloot, uit ongeveer de 10e eeuw, die het terrein dwars doorsnijdt (vergelijk afb. 11 met 25). Ten zuiden daarvan vormen bepaalde, met klei opgevulde kuilen een confi guratie waarin we het grondplan van een drieschepig gebouw menen te herken nen (afb. 27). Op grond van dergelijke, vrij goed gedateerde plattegronden te Aardenburg (2) en Oost-Souburg (1) zou het gebouw, een stolp uit de lie of 12e eeuw kunnen dateren, maar een wat vroegere datering is niet uitgesloten, ge zien de opvullingen van de gaten met niet verontreinigde klei. Er lijkt enig ver band te bestaan tussen sloot en gebouw. Afb. 27. Configuratie van met klei opgevulde paalkuilen van een vermoedelijk drieschepig huis uit omstreeks de 11de eeuw? Tek. B. Oele, PDB, Middelburg, naar gegevens ROB, Amersfoort. De grondsporen uit de Romeinse tijd overheersen het opgravingsbeeld. Er ko men ten minste vijf plattegronden van gebouwen in voor die een standaard breedte van zes meter hebben. Doordat duidelijk een lang huis gedeeltelijk over een ander soortgelijk huis heen is gebouwd, zijn er al zeker twee perioden van huizenbouw te onderscheiden. Aan de richting van de gebouwen is goed te zien welke plattegronden in tijd en gebruik bij elkaar hebben behoord. Het lange ge- 31

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1995 | | pagina 61