30. Het is niet duidelijk wat niet 'maneste' of 'meneste' wordt bedoeld. In een Utrechts modellen- boek voor tegels, uit ca. 1780 (privébezit). waarin meer dan honderd fraai getekende ontwerpen op ware grootte, is als nr. 12 een tegelontwerp met de naam 'minist Lofwerk'. De prijs van de tegels is daar ook bij vermeld: 7 per honderd. Vier van deze tegels vormen samen een afgerond patroon. Het is een rijk ontwerp. Ook de 'maneste' of 'meneste' tegels waren niet goedkoop. Het Woordenboek der Nederlandsclie Taal (WNT. 1882-heden) IX, kolom 539. geeft onder lemma 'menist' geen afdoende verklaring ('menest en 'minist' komen niet voor). Hel woord zal misschien afgeleid zijn van de menisten, de volgelingen van de doopsgezinde Men no Simonsz. Het WNT schrijft dat: 'menist als bij voeglijk naamwoord voorkomt in een aantal min of meer vaste uitdrukkingen, die niet alle met vol komen juistheid zijn te verklaren; in sommige wordt gezinspeeld op de netheid of op den stillen rijk dom der Menisten'. Misschien zijn hel dus tegels met een rijk doch ingetogen decor. 31. RAZ. Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. C 752 Acquitten schrijnwerker Laurens van de Bliek over hel jaar 1641. 32. RAZ, Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. C 793 Acquitten metselaar Abraham Biestman over het jaar 1642. 33. RAZ. Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. C 833 Acquitten metselaar Abraham Biestman over hel jaar 1643. 34. RAZ. Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508, C 933 Acquitten metselaar Abraham Biestman over het jaar 1649. Het betreft hier de ambtswoning van de Gecommitteerde van Vlissingen, Jasper de Maeglit. De Statenbodes (zes in getal) hadden allen een dienstwoning, of woonden als bewaarder in een deel van de ambtswoning van de afwezige Admiraal van Zeeland. 35. De betegeling in de ambtswoning van mr. Willem van Vrijberghe vindt men in de declaraties van diverse jaren: RAZ. Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508, C 1073, C 1133. C 1153. C 1213. C 1233, C 1253. C 1323, Acquitten metselaar Jan Carré over resp. het jaar 1656. 1659. 1660, 1663. 1664. 1665 en 1668: C 1403 en C 1465, Acquitten metselaar Job Houwelyek over resp. het jaar 1673 en 1675. 36. RAZ, Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. 24 verschillende jaardeclaraties tussen 1607 en 1748: C 358, 438, 459.1. 479.1. 489.1. 498, 633, 653. 673, 833, 933, 1053, 1073. 1173. 1193. 1213. 1233, 1323, 1363. 1383, 1403, 1543, 2843 en 2863. 37. RAZ, Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508, C 1253 Acquitten metselaar Jan Carré over het jaar 1665 en C 1543 Acquitten metselaar Job Houwelyek over het jaar 1679. 38. RAZ, Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508, C 1543 Acquitten metselaar Job Houwelyek over de jaren 1679 en 1680. 39. Hoynck van Papendrecht geeft op blz. 92 en 93 ook vele namen van tegeldecoraties uil Rotter damse inventarissen uit ca. 1663 en 1666. Een aantal komt met de Zeeuwse overeen. 40. Bij toeval stuitte ik op de term 'schildpad' in de declaratie over het jaar 1748 (RAZ, Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. C 2863). Er werden er 60 gezet in het Arsenaal, dus niet in hel Hof. Systematisch onderzoek in de declaraties na 1700 zal wellicht een vroeger jaar voor deze tegels ople veren. 41. Hel 'Testament' van Adricten Bommenee. Praktijkervaringen van een Veerse bouw- en water bouwkundige uit de ISe eeuw. Uitg. door een commissie onder leiding van P. Scherft. Deel 4 uit de reeks "Werken' van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Middelburg 1988. 42. RAZ. Archief van de Rekenkamer, inv. nr. 508. C 2903 Acquitten metselaar Jan Bommenee over de vijf wintermaanden (I October 1749 lot 28 Februari 1750). Vader Bommenee meldt dat de dubbele witte tegels 5,1 cent kostten, zoon Jan brengt de Rekenkamer echter 6 cent in rekening. Deze winstmarge moet bij alle genoemde Walcherse tegelprijzen meegewogen worden. 43. Voor een vierkante meter zijn 58 tegels van 13x 13 cm nodig, maar slechts 35 van 17x 17 cm. De productiekosten van grotere en daardoor dikkere tegels zijn veel hoger, vanwege grondstof, beschil dering en bakproces (minder tegels in een oven). Een grotere tegel moet ook dikker zijn wil hij niet gauwer breken dan de kleinere. 44. Hollestelle, 1961. 55/56 en 88 noot 3. 45. Woordenboek der Nederlandsclie Taal (WNT, 1882-heden) III, 2-3, kolom 3530, lemma 'dub bel'; betekenis 3: tweemaal zoo groot of zoo dik als de bepaalde zelfstandigheid gewoonlijk is; twee maal zooveel: - Een dubbel kanonvroeger benaming van een kanon van zeer groot kaliber I Cannons zijn de groot ste Carlouwen ofte Geschut, oock genoemt dubbel Cannons, schietende van veertich tol vijftich pont ysers. - In namen van vruchten: van meer dan gewone groolte I Dubbelde Dirkjespeer, Enkelde roode para- dys. Dubbelde roode paradys. Dubbelde Bellefleur. 46. Hoynck van Papendrecht, 92. Inventaris van de tegelbakker Symon Boudewijnszn. van der Voort 1663. Op blz. 92 en 93 vindt men benamingen van de verschillende decoraties. 43

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1997 | | pagina 69