was er in Middelburg sprake van een golf van jonge personen, hoofdzakelijk uit
de sociale elite, die zich min of meer onverwacht bij deze 'fijnen' voegden36. Zou
de legendarische 'raadsheer' hiermee te maken hebben gehad?
Hierboven werd terloops de opkomst van de spirituele biografie in gerefor
meerd Nederland aangeroerd. Naast de bundels van Koelman en Eversdijk ver
schenen er vooral in de achttiende eeuw ook aparte levensbeschrijvingen. Be
halve over godzalige predikanten zoals Smijtegelt handelden ze ook wel over
eenvoudige vromen, van kinderen tot bejaarden. De meest indrukwekkende ver
halen waren natuurlijk die over mensen voor wie de dood geen kroon was op een
godzalig leven, maar die ter elfder ure tot bekering waren gekomen. Juist in Mid
delburg is dit een keer gebeurd. In 1754 werd hier een 31-jarige jongeman ont
hoofd wegens moord op zijn hospes. Blijkens een kort daarna verschenen pam
flet was hij echter, dankzij gesprekken met de ziekentrooster, een proponent en
twee predikanten, lot oprechte schuldbelijdenis en tot het zaligmakend geloof in
Christus gekomen37.
Uiteraard maakten bekeringen van criminelen, zoals in de bijbel van koning
Manasse in de gevangenis en de moordenaar naast Jezus aan het kruis, grote in
druk op hel kerkvolk. De Middelburger die het op Smijtegelt had gemunt, heeft
zich niet gerechtelijk behoeven te verantwoorden. Zijn getuigenis beperkte zich
tol een berouwvolle biecht aan het beoogde slachtoffer zelf. Zou hij niet meteen
zijn gestorven, dan had hij zijn verhaal kunnen opschrijven. In de piëtistische
cultuur was de autobiografische impuls heel sterk. Maar schriftelijke bekerings
geschiedenissen hadden vaak een mondelinge voorloper in conventikels, waar de
vromen elkaar hun 'weg' plachten te vertellen. Bovendien is deze egodocumen
taire traditie pas in de achttiende eeuw doorgebroken. Juist van twee Zeeuwen
zijn er trouwens ook religieuze gevangeniservaringen bekend3s.
Zo is de mysterieuze bij na-moordenaar een dergelijke spectaculaire nagedach
tenis in de 'canon' van bevindelijke heiligenlevens misgelopen. Wel verklaart
deze piëtistische biografieëncultuur de ontvankelijkheid voor de eeuwenlange
verteltraditie van gereformeerde wonderen. Dal dominee Bernardus Smijtegelt
het middelpunt van een indrukwekkende geschiedenis vormde, maakte het ver
haal onverwoestbaar. Zonder zijn status en de populaire verering van zijn per
soon en werk zou 'de engelenwacht' niet zo onvergankelijk zijn geworden. De
legendarische Zeeuw bleef nu eenmaal in de Nederlandse kerkgeschiedenis
voortleven als schoolvoorbeeld van het feit dat sommige predikanten van de
oude gereformeerde kerk 'iets pauselijks aankleefde'1". Onder het vrome volk
waren Smijtegelts geschriften nagenoeg even belangrijk als de bijbel'1".
36. Zie S.D. Post, Pieter Boddaert en Ruiger Schutte. Piëtistische dichters in de achttiende eeuw
(Houten 1995) 76-83 en 119-121.
37. A. den Hollander, Historisch verhaal over Pieter de Waal. die den J6en september 1754 te Mid
delburg door het zwaard rechtvaardig is ter dood gebracht wegens een doodslag, begaan aan zijn
hospes, den waard in 'Het Hanegekraay' op de Beestenmarkt en door Gods Barmhartigheid tot be
keering gebracht in de gevangenis (z.p.. [1754]).
38. F.A. van Lieburg. Levens van vromen. Gereformeerd piëtisme in de achttiende eeuw (Kampen
199129-30. De bedoelde Zeeuwse gevangenen zijn Lourens Ingelse en Cornelis de Korte.
39. W. Broes, De kerk en de slaat in wederzijdsclie betrekking volgens de geschiedenis (Amsterdam
1830-1841) dl. 4. 639.
103