zers kende. Weliswaar bezorgde de winst in de zaak Le Clercq versus Lopez Fer nandez de Spanjaarden het beoogde voordeel van het wegvallen van de Engelse kust als ankerplaats voor de Nederlandse oorlogsbodems waardoor in 1635 on danks politieke interventie van Frederik Hendrik een door enkele Zeeuwse com- missievaarders veroverd Spaans galjoen van 300 last aan hen zou toevallen84, maar deze overwinning bleek spoedig slechts van korte duur te zijn. Toen naai' aanleiding van de slag bij Duins in 1639 duidelijk werd dat de Spaansgezinde politiek van Karei I te gevaarlijk geworden was en Filips IV hem geen aantrek kelijke aanbiedingen meer kon doen, maakte de Engelse vorst opnieuw een poli tieke ommezwaai. Nog datzelfde jaar vertrok een Nederlandse ambassade naar Engeland om het Nederlandse optreden te Duins te rechtvaardigen en te spreken over een mogelijke verlenging van het verdrag van Southampton, dat weliswaar veel betekenis had verloren door de Spaans-Engelse vrede van 1630, maai' dat tot september 1640 desondanks nog formeel van kracht was85. Deze besprekingen resulteerden in 1642 uiteindelijk in een huwelijk tussen Kareis dochter Mary Stu art en de latere stadhouder Willem II. Toch zouden de Zeeuwse commissievaarders van deze uitstekende betrekkin gen met Engeland niet het profijt trekken zoals zij in de jaren 1625-1630 hadden gedaan. Achteraf beschouwd bleek het proces Le Clercq een achterhoedegevecht te zijn dat begonnen was zodra de Nederlanders in 1630 vaste voet in Brazilië gezet hadden. Toen de WIC in 1635 na een lange strijd een groot deel van 's we relds belangrijkste suikerproducerende kolonie in handen had gekregen en de Nederlanders in plaats van de Portugezen de export van suiker, tabak en braziel hout naar Europa gingen verzorgen86 werd het fundament waarop de Zeeuwse commissievaart gebaseerd was plotseling weggenomen, waardoor voor Johannes Blommertier en zijn medereders de mogelijkheid werd afgesneden om zich voor het geleden verlies te revancheren. Weliswaar kregen de reders van Daniël Le Clercq in de vorm van een verminderde afdracht van maar liefst 8.000 van de opbrengst der door hun kapers te veroveren prijsschepen enige compensatie van de Staten-Generaal voor de door hen geleden schade en moeite in de proces te gen de Spaanse factie te LondenS7, maar dit bleek desalniettemin een schrale troost. Het succes van het Braziliaanse avontuur der West-Indische Compagnie had de kans om een Portugese brazielvaarder te treffen gereduceerd tot bijna niets, waardoor het gouden tijdperk van de Zeeuwse particuliere commissievaart in de Tachtigjarige Oorlog definitief ten einde liep. Vanaf 1636 staakten de inwoners van Vlissingen en Middelburg hun investeringen in kaapvaart massaal waardoor 84. KMA, A 14 XI-E-1, Frederik-Hendrik aan Joaehimi d.d. 15 maart 1635 en aan Karei I d.d. 16 maart 1635. Vergelijk ook PRO, SP 84/119 ff. 118r-l 18v. 85. S. Groenveld, Verlopend getij. De Nederlandse Republiek en de Engelse Burgeroorlog 1640- 1646 (Dieren 1984) 92-95 en 223-224. 86. J.I. Israel, Dutch Primacy in World Trade 1585-1740 (Oxford 1989) 162-170. H. Waljen, Das Hollandische Kolonialreich in Brasilien (Den Haag/Gotha 1921) 316-333. 87. ARA, SG 5514 en 5515 II (Lias Adm.) Adm. Zeeland aan SG, 25 mei 1635 en 3 november 1635. ZA. SZ 2419 (Res. SG) 18 juni 1635. 62

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1999 | | pagina 72