Hiervan voldaan zijnde keerden we wederom na huijs schickten ons tot het middagmael, en bragten de namiddag door, ten deele met onze brieven te schrij ven en na Middelburg af te vaardigen, ten deele met eene wandeling op een zeer hoogen berg. waarvan we 1000 treden telden en dan op verre na nog niet boven waren, dat de vrinden uijttermaten vermoeijde. Egter na de avondmaeltijd wan delde we op het veld van Vier Uuren, daar we met verwondering een seer hooge rotze zagen, welke in vastigheid het ijzer gelijk scheen, en egter vrugtbaar was. Hier kregen we wederom stoffe om 's Makers wijsheijt en almagt te verheffen te roemen. Dus bragten we dezen schonen dag ten einde, die den eersten dag van ons verblijf in Spa. en teffens den eersten dag der weke was, waar op de gantsche christenheijt tesamenkomt om den Heere te dienen in zijn tempel. Egter dit mogt ons niet gebeuren, wijl we in een afgodische plaats en onder afgodische inwoon- deren, ons genootzaakt vonden de harpen aan de wilgen te hangen. We stelden ons gerust door erhinnering van ons doelwit, en wenschten des te vieriger dat den Heere door dit gemis ons leeren wilde, in het vervolg meerder prijs op onzen schoonen godsdienst stellen. maandag den 9 julij We begonnen dezen dag de wateren van de Pouhon te gebruijken en namen tot dit einde de gestelde levenswijze aan, welke deze is: Men moet wilt men de wateren met vrugt gebruijken des morgens ten vijf uuren aan de fontein zijn. Alle tien minuiten drinkt men een glas water. Een uur na het gebruijk neemt men tot versterking een kop wel toebereide choco- laad. Des middags ten 12 uuren gaat men precijs eten, en wel sulke spijze die alleen met het water bestaan kan. Men heeft er puijk schape rundvleesch, dog het kalfsvlees is soo goed niet, de hoenderen zijn er abondant, en altoos heeft men voor het eerste geregt een schotel smakelijke choup. Groente nog visch mag men niet eten, dan alleen sekere kleijne kreeften of crevisjes die seer aangenaam zijn, en tol drank heeft men moezel of bourgongiewijn. Na de middag soo om half vier uuren, gebruijkt men in plaats van thee 2 koptjes koffij Des avonds eten vele niet, dog andere gelijk ook wij wel. Deze maaltijd gaat ten seven uuren aan en bestaat in wat gestoofde pruijmen. en weinig vleesch. Den geheelen dag moet men zich van bezigheden wagte en men mag niets voor 's avonds ses uuren verrigten. Om vier uuren gaat men eens wandelen na het velt van Vier Uuren, ten ses uuren wandelt men in der capuijchinen hof. na de avond maaltijd wandelt men op het veld van Seven Uuren, en ten negen uuren gaat men na bed om \s morgens vroeg bij de hand te zijn. In navolging dan van deze regelen gingen we des morgens vroegtijdig na de fon tein, alwaar met het gebruijk van 10 glazen water begonnen, met toeleg om soo voort te gaan, ijder dag met 2 te vermeerderen tot 20 glazen toe. We zagen hier een menigte van menschen, soo Hollandse, Duitze, als Engelze, en onder andre spraken de heer Bolwerk van Maastricht, die hier met zijn vrouw en suster tot gelijke einde als wij gekomen waren. Naar dan aan de fontein ons oogwit bereikt te hebben, spoeden we ons na huijs, daar den pater guardiaen met zijn mede- 110

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2001 | | pagina 120