MUIZEN EN RATTEN IN DE DELTA,
EEN INVENTARISATIE VAN DE TWINTIGSTE EEUW
J.P. Bekker en K. Mostert
Inleiding
Muizen en ratten hebben over het algemeen geen beste naam bij het brede pu
bliek. Vaak worden ze in verband gebracht met ziekten, plagen en knaagschade,
terwijl ze ook over een fenomenaal reproductievermogen beschikken. Bovendien
jagen ze met hun snelle en onverwachte vluchtbewegingen veel mensen de slui
pen op het lijf. Hoewel dit alles in het algemeen op waarheid berust, zijn maar
weinig mensen zich ervan bewust dal er een grole verscheidenheid in soorten be
staat die onderling sterk van elkaar kunnen verschillen en heel andere eigen
schappen kunnen bezitten. De huismuis mag zich dan vaak schuldig maken aan
hel aanknagen en opeten van allerlei producten bedoeld voor de menselijke con
sumptie, spitsmuizen daarentegen zullen dit zelden of nooit doen. De laatsle zijn
namelijk insecteneters en in die zin vaak nuttig voor de mens. Hel zijn de 'top-
predators' van spinnen, insecten en andere geleedpotigen op een paar vierkante
meter. Omdat vrijwel alle muizen en ratten een verborgen leven leiden en vaak
alleen actief zijn in de schemering of 's nachts, zijn de meeste soorten onbekend
- en onbekend maakt onbemind.
Muizen en ratten spelen ecologisch gezien een belangrijke rol. Veel diersoor
ten, waaronder bijna alle roofvogels en uilen, zijn voor hun menu van hen afhan
kelijk. Woelmuizen zijn uitsluitend herbivoor en leven hoofdzakelijk onder
gronds. Ware muizen zijn vooral zaadeters, maar dierlijk voedsel wordt door hen
zeker niet versmaad; ze hebben hun leefomgeving vooral boven de grond en
klimmen goed tot uitstekend. Slaapmuizen, maar ook andere muizensoorten,
klimmen vaak in het struikgewas en de boomlaag, zeker wanneer deze laatste in
de herfst vrucht draagt. Muizen en ratten vormen het stapelvoedsel van veel roof
dieren, variërend van de vos en kleine marterachtigen tot uilensoorten en sloot-
vogels als de torenvalk. Muizen en ralten zijn voorts bekend als dragers van mi
cro-organismen of verspreiders daarvan, zoals Pasteiirella pestis, de veroorzaker
van de pest, hel Hantaan-virus en Spirochaetci icterohaemorrhagiaedat tot de
ziekte van Weil kan leiden. In die zin hebben muizen een ingewikkelde plaats in
het grole ecologische netwerk.
Sinds de vorming van het deltagebied (hier steeds de delta genoemd) zijn de
eilanden voor muizen en ratten min of meer geïsoleerd geweest. Eilanden vor
men biogeografisch gezien altijd een interessant gebied. In de afgelopen eeuw
zijn de eilanden met elkaar en ook met het vasteland verbonden geraakt. Het be
schrijven van de veranderingen sinds de voltooiing van de Deltawerken en het in
kaart brengen van de huidige verspreiding van muizen en ratten in de delta zijn
de belangrijkste doelstellingen van deze studie.
Op de Rode lijst van bedreigde en kwetsbare zoogdieren in Nederland (Lina
en Ommering 1994) komen zes zeldzame soorten muizen voor, waarvan er vier
in de delta leven, namelijk de waterspitsmuis, de veldspitsmuis, de noordse
woelmuis en de eikelmuis. Deze constatering geeft de natuurbeschermende orga-
137