Afb. 3. Huismuis in een vangbox. (1985) verrichtlen inventarisaties in het oostelijke deel van Zeeuwsch-Vlaande ren. Van der Reest en Pelzers (1983) en Mostert (1989) deden hetzelfde in het Rammegors en respectievelijk op Goeree en Schouwen. Het braakbalonderzoek voor de delta is samengevat in de landelijk opgestelde braakbaltabellen door Van Netten (1976) en Mostert en Keyl (1985). De komst van de Atlas van de Neder landse Zoogdieren (Broekhuizen e.a. 1992) geeft de laatste stand van de in ons land levende zoogdieren. Deze atlas bestrijkt globaal de periode 1970-1988. Na 1986 werd een aantal plaatselijke inventarisaties verricht. Het Hoekse Waards Landschap, werkgroep Zoogdieren (1999a. b. 2000) en Haan (2001in ventariseerden in de Hoekse Waard in de natuurgebieden De Staart, Oud-Beijer- land, Klein Profijt en Eeuwes respectievelijk op hel Eiland van Dordrecht. De ndustrie- en haventerreinen in hel Rijnmondgebied werden ook op kleine zoog dieren geïnventariseerd (Wansink 1998). Calle (1996. 1998a, b, c) ten slotte beschreef enkele muizeninventarisaties in Oost-Zeeiiwsch-Vlaanderen, terwijl de acjn en de Veldwerkgroep vzz inventarisatiekampen hielden in het westelijke deel van Zeeuwsch-Vlaanderen (Kapteyn 1988; Keyl 1995; Bekker (2001); de Veldwerkgroep vzz was ook actief op Voorne 1991 Werkwijze De belangrijkste methoden voor hel inventariseren van kleine zoogdieren bestaan uit het vangen met inloopvallen en hel uitpluizen van braakballen. Doodvondsten (verkeersslachtoffers), prooiresten van andere roofdieren, zichtwaarnemingen of handvangsten spelen slechts een ondergeschikte rol in hel totaal. 145

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2001 | | pagina 155