geplozen prooidieren per eiland naar predator
14000
12000
10000
8000
6000
4000
2000
0
EvD GO HW Ys Nbl SD ThP VP Wal ZB1 ZV1
Grafiek 3. Aantal geplozen prooidieren per eiland naar predator; K: kerkuil, R: rans
uil, B: bosuil. O: overige predatoren (voor betekenis van de afkortingen van eilan
den, zie onderschrift grafiek Ij.
O
IR
K
m B
mankracht. Anderzijds zijn er zeker ook biologische oorzaken. Zo is het aantal
braakballen afhankelijk van de hoeveelheid beschikbare muizensoorten. Dit geldt
onder meer in sterke mate voor de veldmuis (zie de paragraaf "Soortbespreking'
De belangrijkste predatoren zijn de kerkuil (aantal prooidieren: 37.445; 50%),
de ransuil (aantal prooidieren: 23.499; 32%) en de bosuil (aantal prooidieren:
12.619; 17%). De plaatsen waar de braakballen zijn verzameld, en de categorieën
van het aantal prooidieren zijn zichtbaar gemaakt op de kaarten 2, 3 en 4. De
kerkuil is tamelijk schaars in de delta, maar komt plaatselijk als broedvogel voor
op de Zeeuwse eilanden, Goeree-Overflakkee en in Zeeuwsch-Vlaanderen en
mag zich de afgelopen decennia verheugen in een lichte toename in Nederland
(grafiek 4). Op de voormalige Zuid-Hollandse eilanden ontbreekt de soort nage
noeg. Alleen van de Hoekse Waard en het Eiland van Dordrecht zijn enige gege
vens voorhanden (kaart 2). Dit is van belang voor de interpretatie van de ver
spreiding van verschillende zoogdiersoorten. De kerkuil eet, in tegenstelling tot
de ransuil, veel spitsmuizen. Hierdoor is op de meeste Zuid-Hollandse eilanden
minder duidelijk of enkele soorten spitsmuizen ontbreken of gewoon niet zijn
aangetroffen.
Het goeddeels ontbreken van de kerkuil in het noordelijke deel van de delta
wordt gedeeltelijk gecompenseerd door het voorkomen van de bosuil op het Ei
land van Dordrecht en langs de Oude Maas. De bosuil heeft ook spitsmuizen op
zijn menu. De ransuil komt overal voor in de delta. Vrijwel alle braakballen zijn
verzameld na de winterperiode op de roestplaatsen. In kleine aantallen werden
nog braakballen geanalyseerd van andere predatoren (aantal prooidieren: 409;
<I%). Deze plaatsen staan op kaart 5 vermeld bij 'overige predatoren'. Het be
treft braakbalpartijen afkomstig van de blauwe reiger Arclea cinerea), de buizerd
154