zaerdt, predikant tc Wolphaarlsdijk. Deze curieuze man was daar terechtgekomen nadat hij in 1653
als vlootpredikanl had gediend onder Michiel de Ruyler. Volgens Nagtglas zou hij in 1669 als predi
kant zijn afgezet, wegens een 'ongeregeld leven, verkeering met kwaad gezelschap en het frequente
ren van herbergen'. Wellicht was het ook hierom dat De Mey het derde deel van Goedaerts Meta
morphosis weer zelf in hel Latijn heeft vertaald.
83. Daniel Mornet. Les Sciences de la nature en France au XVIII siècle, geciteerd bij J. Bots. Tussen
Descartes en Darwin. Geloof en natuurwetenschap in de achttiende eeuw. Assen 1972, 18.
84. Voor De Meys bemoeienis in deze zaak. zie: Nagtglas, Levensberichten, li. 162. Over deze
kwestie schreef De Mey een brief d.d. 3 oktober 1667 naar de Amsterdamse predikant Hevdanus. in
afschrift bewaard in een neaentiende-eeuws notitieboek door F. Nagtglas (zr, handschriften kzgw. nr.
6152. lol. 942-944).
85. De Mey, Schriftmatige oefeningen (1659). In: Wercken (ed. 1706), i, 297-300.
86. De Mey. Heylige Natuurkunde (1655/1661In: Wercken (cd. 1706), i. 317.
87. Eamon, Science and the Secrets of Nature, 290.
88. De Mey. 'De natura cometarum vanis ex iis praedictionibus'. In: I. Goedartio. Metamorpho
sis et historici naluralis insectorum. Medioburgi (.1. Fierensum), ongedateerd [=1665]. Herdrukt (met
oud zetsel) 1700.
89. Zo stelde Hcnryck la Been in 1664 dat een komeet 'een vergadert vuur in 't Firmament' is,
waarvan de ervaring geleerd heeft dal hierop volgen 'dieren lijdt', zoals pest. en dergelijke. Ook de
Vlissingse predikant Johannes Clemens en Johannes Schulerus uit Breda gingen er zonder meer van
uit dat kometen iels kwaads aankondigden. Zie: La Been. Korte Beschryvinge van de hedendaegsche
comeetgestarnte met de plagen, oorlogen ende geschiedenissen die daer op gevolght zijn. Dor
drecht (Symon onder de Linde) 1665 [kb. W.P.C.. Catalogus van de pamflettenverzameling berus
tende in de Koninklijke Bibliotheek. Negen vols. Den Haag 1889-1920. 9202]: Js. Clemens, [predi
kant te Vlissingen]. Sneeuw en vyerdamp of een korte verhandelinge over den sneeuw en cometen.
Twee stoeltjens uyl scheppers magazyn Job 38-21. naer de natuur onfledight en tuier de schrifture
toegepast tot algemeene opweckinge. Middelburg 1665 |übu/uba]: Johannes Schulerus. Tractaet
oj'te philosophische ondersoeckinge van de cometen Uyl hel lalyn overgeset. \s Hage. (Adriacn
Vlaek) 1665, 42 [kb. Knuttel, catalogus, 9207]. Vgl. ook E. Jorink. "Van omineuze tot glorieuze he
meltekens. Veranderende opvattingen over kometen in de Republiek in de zeventiende eeuw'. In: Eg-
mond |e.a.]. Kometen, monsters en muilezels. 88-104.
90. Arent Roggeveen, Het nieuwe droevige nachtlicht, ontsteken door Godls toren toorn j, ende
vertoont op den aardlkloot. in een comeet, ofte staert-starre den 15 december 1664. tol den 9 febru-
arij 1665. waerin wort aengewesen den wonderlijcken loop der selve. Middelburgh (Thomas Berry)
1665, 23 en 30. Ook een andere - onbekende - 'liefhebber" uil Middelburg schrijft aan de kometen
'natuurlijke eigenschappen' toe. waarbij de lezer naar Descartes wordt verwezen. (Vgl. [Anonymus].
Nieuwe Prognostica. over de sterre niette staert. gesien binnen Middelburgh den 15 decembris 1664
voor d'eerste reyse. en den 18 dito voorde tweede reyse. byeengestelt door een liefhebber. Middel
burgh (Pieler v Goetthem), 1664 [Boerhaave; kb. Knuttel, Catalogus, 9200 (andere druk. z.p.. 1665)].
91. Vgl. ook De Mey. Hallelu-jah (1666).In: Wercken (cd. 1706), tl, 165.
92. De Mey, Heylige Natuur-beschryving (1655/1661), in: Wercken (ed. 1706), 486-487; idem,
'De natura cometarum' (.1665), 212-213. Vgl. ook Euzooia (1673), in: Wercken (ed. 1706), 402.
93. De Logica van Bartholomeus Keckerman (1571-1609) was uitgegeven door de Leidse hoogle
raar Franco Burgersdijk.
94. De Mey, Heylige Natuur-beschryving 1655/1661In: Wercken (ed. 1706), 514. Deze meteoor
steen was een van de pronkstukken in het 'MusaeunT van de humanist-geleerde Andreas Colvius
(1594-1671), Waals predikant te Dordrecht. Mede vanwege zijn veelvuldige reizen (onder meer naar
Italië) bezat Colvius een groot netwerk van correspondenten. Daartoe behoorden Descartes, Constan-
tijn en Christiaan Huygens en Johan de Witt. Ook Isaac Beeckman behoorde tot zijn vriendenkring.
Hel contact met Johannes de Mey zal ook op diens studietijd in Dordrecht zijn terug te voeren. Col
vius bezat een grote bibliotheek en een imposant kabinet van naturalia dat beschreven werd in zijn
Catalogus Musaei Andreae Co/vii (1655/1661Van deze catalogus is helaas nergens een exemplaar
bewaard gebleven. Zie over hem: C.L. Thijssen-Schoutc, 'Andreas Colvius. Een correspondent van
Descartes'. In: Nederlands Archief voor Kerkgeschiedenis 38 (1953) 224-248: herdrukt in: Uit de re
publiek der letteren. 67-89. De voornoemde meteoorsteen bevond zich aan hel begin van de negen
tiende eeuw te Leiden in het vermaarde kunst- en naluraliënkabinet van Jan Aarnoul Bennet
(1758-1828). Bij de grote buskruitramp van Leiden in 1807 ging deze collectie-en dus ook de steen
van Colvius verloren. (Met dank aan dr. R.H. van Gent te Utrecht).
95. Maréchal, Johannes Duijkerius. 68.
96. Zo heeft Eric Jorink onlangs aandacht gevraagd voor een vergelijkbare redevoering tegen hel
kometenbijgeloof eveneens uit 1665 - van de Utrechtse hoogleraar Graevius. en een (nu onvind-
37