missies ondernemen en zelfs loen hij in 1578 en 1579 als vertegenwoordiger van de Prins als Eerste Edele in de Stalen van Zeeland was aangesteld, klaagden de Staten over zijn voortdurende afwezigheid, die een belemmering was voor de be sluitvorming. Dit leidde in 1579 tot de benoeming van Pieter de Rijcke als verte genwoordiger van de Prins in de Staten van Zeeland. De Rijcke, afkomstig uit Gent, was ook van meet af aan bij de opstand betrokken. Hij tekende namens Zeeland de Unie van Urecht en bekleedde zijn functie als vertegenwoordiger van de Eerste Edele tot zijn overlijden in 1596. Van Dorp moet het huis in de Wagenaarstraat hebben overgedragen aan Pieter de Rijcke, want in het kohier van haardsteden van Middelburg uit 1601 staat het op naam van diens kinderen.9 De Rijckes weduwe, Isabeau van de Varent, kreeg kort daarna woonruimte in de Abdij uit erkentelijkheid voor de verdiensten van haar echtgenoot voor de provincie Zeeland.'" Zij kon toen het grote huis verlaten en in een kohier uit 1606 vinden we als eigenaar vermeld Lieven de Meule- naere." De Meulenaere - we vinden de naam ook wel als De Muelenaere of De Moelenaere geschreven - was een kapitaalkrachtig koopman uit Gent. In 1597 huwde hij te Amsterdam de uil Antwerpen afkomstige Petronella van Wachten donk. Zijn rijkdom blijkt uit zijn inschrijvingen in de Verenigde Oost-Indische Compagnie: 8.000 in de kamer Zeeland en daarnaast nog 2.000 in de kamer Amsterdam.' Het hoeft ons dan ook niet te verwonderen dat hij een zo voornaam pand betrok. Na 1612 verdwijnt zijn naam echter uit de Nederlandse archieven en uit een koopakte enige jaren later blijkt dat hij van het Bestand met Spanje ge bruik heeft gemaakt om naar Gent terug te keren. In 1618 verleende hij procura tie aan de notaris mr. Willem van Sijpesteijn om hel huis in de Wagenaarstraat publiekelijk te verkopen: 'een schoone, groote heeiiicke huysinge ende hoffstede met alle den gevolge ende toebehoren van dien'.r' Blijkens de verkoopakte was het huis op dat moment verhuurd aan Adriaan van Manmaker jr.. die de plaats van vertegenwoordiger van de Eerste Edele had gekregen. Deze moest nu hel pand verlaten en kreeg een woning in de Abdij toegewezen. Koper van hel pand werd Pieter Burl, eveneens een vermogend koopman. Het kohier van de duizendste penning op het vermogen meldt voor hem een "liberale gifte' van 16-3-4, wat op een kapitaal van ten minste 100.000 wijst." Lang heeft Burt het pand niet bewoond: hij moet tussen 1623 en 1625 zijn overleden. In 1625 werd het huis geveild uit de nalatenschap van zijn dochter Sara Burt."' Koper werd nu Jan van Hoorn voor het respectabele bedrag van 1833 10.998).17 Ook over Jan van Hoorn is weinig te achterhalen. Hij betaalde bij de heffing van de duizendste penning in 1623 10, zodat zijn vermogen in de buurt van de 60.000 lag.ls Jan van Hoorn overleed in 1647.19 Voor de tweede helft van de zeventiende eeuw kunnen de eigenaren niet met zekerheid worden vastgesteld. In de rekeningen van hel stadsuniegeld komt in 1684 een transport voor van een huis 'staende achter de Oude Kercke in de Wa- genaerstraet' van Esther van der Burcht aan de erven van Pieter van der Burcht voor 1200. welk bedrag goed op Wagenaarstraat 1 betrekking kan hebben.3" In 1656 is blijkens de rekeningen van de collaterale successie een Isaack van der Burcht in de Wagenaarstraat overleden. Wellicht bewoonde ook hij het oude rent meestershuis: het vermogen van 10.000 60.000) wijst in elk geval op grote welstand.31 Het is dus zeer wel mogelijk dat het huis na hel overlijden van Jan van Hoorn in bezit is gekomen van de familie Van der Burcht. 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2001 | | pagina 55