104
PRIJSVRAGEN
Nederlandsche Historiën bewaard worden; - en van de schriften dergenen, die,
met verzwijginge van hunne naamen, 's Lands Historiën en Staatsbestier eenig licht
bijgezet hebben. 4. Noch vordert men eene aanwijzinge, waar men nader bericht,
betreffende de opgegevene Schrijvers, kan vinden.
Indiener Niet achterhaald.
Jaar 1779; herh. t/m 1799.
Antwoorden Geen.
Opmerkingen In 1775 diende J. Ie Francq van Berkhey de volgende conceptprijs
vraag in: Wat is de oorzaak dat men tot noch toe geene volledige
beschrijvinge heeft van de geleerde mannen die in de Vereenigde
Provintie gebloeid hebben? Wat is het beste plan om derzelver na
gedachtenis tot luister van den vaderlande te bewaaren en te doen
herleeven? (inv.nr. 4, p. 321Het is mogelijk dat dit de eerste versie
van prijsvraag 13 is, daar de secretarissen de opgegeven concepten
bewerkten vóór deze aan de Algemene Vergadering werden voor
gelegd; zie bijvoorbeeld inv.nr. 5, p. 105, waar staat: 'tot het nader
ontwerpen van welke Vraage, de Secretarissen verzocht en gelast
zijn tegens de aanstaande Vergaderinge...'.
Prijsvraag 14
(voor rekening van het Bataviaasch Genootschap)
Kortste, zaaklijkste en zekerste bericht, belangende de bouwinge der Schepen, en 't
gene daar toe behoort, voor zoo veel zulks zijn invloed heeft op de gezondheid en
't goed der zeevaarenden; - de onderhouding der manschap, zoo aan land en op de
reede, als in zee, ten aanzien eener goede huisvestinge, kleedinge, spijs en drank; - de
beste wijze, om de mondkost in te leggen, te bewaaren, en te bereiden, aan land en
op zee; - de heilzaamste dranken voor dagelijksch gebruik, tot voorkominge van het
scorbut, en andere op de schepen heerschende ziekten, met de voorschriften daar
van, en derzelver maaten; de noodige verbeteringe van het bij ons in gebruik zijnde
Scheeps-brood; - de beste manier, om de schepen en het kooijgoed zuiver te houden;
- het afzonderen der gezonden van de zieken, zoo op kuil- als driedeks-schepen; -
en 't gene verder hier toe kan en moet betrekkelijk gemaakt worden. De Schrijvers
moeten onder het oog houden, dat dit bericht zoo diene ingericht te worden, dat
het strekken kan tot een handboekje voor allen, die in eenige betrekkinge staan
tot de zorge over de Oost Indische en soortgelijke Maatschappijen, en vooral voor
allen, die zich op de zee-schepen bevinden, zoo Officieren als Heelmeesters. Het
Genootschap vordert van allen, die over dit Voorstel schrijven zullen, dat zij een
naauwkeurig en oordeelkundig gebruik maken van allerleije Schrijvers en Schriften,
zoo Nederlandsche als Uitheemsche, vooral zoodanige, die op proefondervindingen
gegrond zijn, en meestal dienstig zijn tot ophelderinge der onderscheidene stukken,
hier boven gemeld.
Indiener Niet achterhaald.
Jaar 1779; herh. t/m 1781.
Antwoorden 1782: 1 (inv.nr. 56, p. 39).
Motto Tot heil van 't Vaderland, Het Zuid, West, Noord en Oosten, Poog
ik de Zeevaart, en Coloniën te troosten (inv.nr. 5, p. 7).
