PRIJSVRAGEN 121 Prijsvraag 36 (voor rekening van het Bataviaasch Genootschap) Welken zyn de geschiktste middelen, om nuttige ontwerpen, door deskundigen in de verhandelingen van geleerde Genootschappen en andere werken opgegeven, tot nut der burgerlyke maatschappy in trein te brengen? Indiener L. Bomme waarschijnlijk (zie inv.nr. 5, p. 235, andere bewoor ding). Jaar 1789; herh. t/m 1794; in 1795 en 1796 is geen programma ver schenen; ingetrokken 1797. Antwoorden 1791: 1 (inv.nr. 6, p. 174). 1792: 1 (inv.nr. 6, p. 220). 1793: 1 (inv.nr. 6, p. 250). 1795: 1 (inv.nr. 6, p. 319). Motto's 1791: a: Agendum est (inv.nr. 6, p. 174). 1792: b: L'industrie surmonte tout obstacle (inv.nr. 6, p. 220). 1793: c: Hoe zeer men op verbeetering hoop.(inv.nr. 6, p. 250). 1795: d: Multa paucis dicens, Censuram hilariter exspectabo (inv.nr. 6, p. 319) Jury 1791: S.J. van de Wijnpersse, C.H.D. Ballot, J.J. de Freijtag, A. Drijfhout en H. van Royen (inv.nr. 6, p. 174). 1792 en 1793: zelfde jury, toegevoegd P. Nieuwlanden J. de Bosch (inv.nr. 6, p. 237). 1795: S.J. van de Wijnpersse, A. Sandra, P. C. Lammens, J.H. van der Palm, H. van Royen en A. Drijfhout (inv.nr. 6, p. 319). Juryrapporten Inv.nr. 6, p. 190-191 (motto a); p. 249-250 (motto b en c); inv.nr. 7, p. 19 (motto d). Bekroning 1791: A.B. Fardon te Amsterdam, zilver, motto a (inv.nr. 80, pro gramma 1793). Publicatie Verhandelingen ZGW1792, XV, p. 481 -512. Opmerkingen Na de bekroning van Fardon in 1791 stelt de jury voor de vraag nogmaals te stellen: er moet meer gelet worden op de uitvoer baarheid van de plannen en er moeten bewijzen komen voor die uitvoerbaarheid (inv.nr. 6, p. 191). Prijsvraag 37 Vermits de geschiedenis der RHETORYKERS, binnen de Provincie van ZEELAND, niet zeer bekend is, en dezelven nochtans vermoedelyk invloed gehad hebben op de gebeurtenissen van vroegere tyden: een geschiedkundig Verslag van den oorsprong, de verrichtingen, en lotgevallen, der onderscheidene Rhetorykamers binnen gemelde Provincie. Indiener N.C. Lambrechtsen (inv.nr. 5, p. 292-293). Jaar 1790; herh. t/m 1793; ingetrokken 1794. Antwoorden Geen. Opmerkingen N.C. Lambrechtsen publiceerde in de werken der Maatschap pij van Nederlandsche Letterkunde in 1819 de Geschiedenis der Middelburgsche Rhetorijkkamer {Cat. ZGW 1864, p. 201). Hs 95

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2002 | | pagina 123