F.M. WIBAUT 37 Afbeelding 5. In 1896 werd voor de vernieuwde zagerij een Werkspoor stoommachine aange schaft. Foto Zeeuws Documentatiecentrum. minder brave lieden behoorde, rijst nu wel de vraag hoe het dan was gesteld met de arbeiders in zijn eigen bedrijf. Hoe werd er gewerkt in de zagerij, schaverij en kuiperij van houthandel Alberts? Hoe hoog waren de lonen, hoe ruim de werktijden en hoe sociaal de voorzieningen voor de werknemers? Wibaut had hart voor de zaak, maar had hij ook hart voor zijn arbeiders? Dat laatste zou je op grond van zijn socialistische opvattingen wel mogen verwachten. Maar kon een ruim hart voor de arbeiders wel samengaan met het streven naar zoveel mogelijk winst voor de onderneming? Ik ga in op de verschillende aspecten die met de relatie ondernemer-arbeider samenhingen: de arbeidsomstandigheden in het bedrijf (waaronder ook veiligheid en de werktijden), lonen, sociale voorzieningen en de wijze waarop de directeuren omgingen met de arbeiders. Daar waar dat nuttig en mogelijk is, zal ik een vergelijking maken met ondernemingen elders in het land. Daardoor kan een antwoord worden gegeven op de vraag of de houthandel Alberts op sociaal gebied net zo'n voorloper was als de bedrijven van onder andere Van Marken, Stork en Van Besouw. Arbeidsomstandigheden Het aantal arbeiders dat in dienst was bij de houthandel, groeide tot 1890 geleidelijk naar 42 in de zagerij en 29 in de kuiperij. Drie jaar later zette een kortstondige da ling in, die vooral veroorzaakt werd door een afname van het aantal arbeiders in de kuiperijDe zagerij bleef stabiel met zo'n 40 arbeiders. De uitbreiding in 1897 leverde een relatief belangrijk aantal arbeidsplaatsen meer op. In dat jaar bood de zagerij aan

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2002 | | pagina 39