F.M. WIBAUT 57 Wibaut stond in de houthandel Alberts natuurlijk sterk, reden waarom zijn compag nons hem zijn eigenzinnige optreden vergeven zullen hebben, ook als dat indruiste tegen de belangen van het bedrijf. Hij had heel wat geld in de onderneming gestoken en bezat bovendien een goed ontwikkelde handelsgeest, die de houthandel geen windeieren legde. Zijn succesvol opereren als ondernemer maakte het juist moge lijk in het openbaar voor zijn socialistische opvattingen uit te komen. Want was de houthandel minder kapitaalkrachtig en minder winstgevend geweest, dan was haar kwetsbaarheid vele malen groter geweest en hadden de ondernemers het zich niet kunnen permitteren welke zakenrelatie dan ook tegen zich in het harnas te jagen. Nu kon men het verlies van een enkele handelspartner nog wel riskeren. Wibaut wist dat maar al te goed. Jongemannen die eraan dachten zich bij de socialistische beweging aan te sluiten maar verwachtten dat het hen in hun zakelijke omgeving niet in dank zou worden afgenomen, adviseerde hij eerst te zorgen dat hun werk helemaal in orde was. Het moest 'eigenlijk beter dan het gemiddelde' zijn.138 Dat verschafte hun een positie binnen het bedrijf, waarin hun tegendraads optreden makkelijker geaccepteerd zou worden. Handelsgeest en technisch vernuft: de sleutel tot succes Ondernemer was Wibaut in hart en nieren. Maar hij was geen kapitalist. Hij had gebroken met het liberale geloof in de vrije markt en het concurrerende ondernemer schap, waarin hij onder andere met de geschriften van Pierson nog was opgevoed. Binnen het bestel van de kapitalistische markteconomie opereerde hij op geheel eigen wijze. Wibaut was een ondernemer zoals de econoom Schumpeter die onderscheidde van managers, die routinematig handelen en alleen in aanpassende zin reageren op externe veranderingen. Wibaut behoorde daarentegen tot de categorie 'innovators'; hij was altijd actief op zoek naar nieuwe combinaties om de productiviteit en daarmee ook de winst te optimaliseren. Hij boorde inkoopmarkten aan voor nieuwe houtsoor ten en zocht naar nieuwe posities op de afzetmarkt door samenwerkingsverbanden te creëren met andere handelaren (conta meta's). Zijn successen kwamen deels voort uit het feit dat hij weigerde het handelsspel volgens de regels van het negentiende- eeuwse economisch liberalisme te spelen. Juist zijn afkeer van het vrijhandelsstelsel, die hem als overtuigd socialist natuurlijk niet misstond, maakte hem vindingrijk in het zoeken naar en uitbouwen van nieuwe handelsstrategieën. Op de afzetmarkt wist de houthandel slim in te spelen op een aantal structurele maatschappelijke ontwikkelingen. Voor de opbouw van een goede infrastructuur, sinds koning Willem I door de nationale overheid stevig ter hand genomen als een van de belangrijkste impulsen tot economische groei, was veel en kwalitatief hoogwaardig hout nodig. Voor de aanleg en verbetering van scheepvaartwegen en havenwerken en de aanleg van spoorwegen zocht de Middelburgse houthandel op de wereldmarkt naar houtsoorten met eigenschappen die zich bij uitstek leenden voor deze werken. Door de reizen van handelsman Wibaut en het aangaan van contacten met handelsondernemingen door heel Europa, zwermde de houthandel Alberts in figuurlijke zin over de gehele wereld uit. Dat leidde tot haar expansie. Het trio Alberts, Ghijsen en Wibaut, dat tot 1899 de scepter zwaaide, was een gou den trio, omdat het technisch vakmanschap met handelsgeest combineerde. Alberts en Ghijsen beschikten door hun achtergrond in de sluis- en spoorwegbouw over een grote deskundigheid ten aanzien van de eigenschappen en toepassingsmogelijkheden

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2002 | | pagina 59