114 JAARVERSLAGEN 2002 vezels van de aloëplant en enig - verrassend modern aandoend - aardewerk van de bosnegers. Uiteraard was ook de door Adriaan Moens in 1782 geschonken Egyptische mummie te zien. De mummie is speciaal ten behoeve van de tentoon stelling gerestaureerd. De kosten hiervan zijn verdeeld tussen Teylers Museum, Zeeuws Museum en Zeeuws Genootschap. Naast de tentoonstelling in het Zeeuws Museum werd op 30 augustus het symposium 'Van zwervend goed tot erfgoed' georganiseerd over de oudste verzamelingen van het Zeeuws Genootschap. De titel is wel heel toepasselijk op de verzameling volkenkundige voorwerpen, omdat juist met deze verzameling in het verleden nogal 'zwervend' is omgesprongen. Op deze dag hield F. van der Doe een korte voordracht over de oudste onderdelen van de verzameling, onder de titel 'Van Palembangse waterkruiken tot Essequibo-india- nentooien'Duidelijk werd in ieder geval dat ook volkenkundige voorwerpen onderdeel zijn van het Zeeuws erfgoed en een aantal daarvan te zijner tijd beslist een plaats verdient in de nieuwe opstelling van het Zeeuws Museum. Natuurhistorische voorwerpen: Onderafdeling fossiele hotten De conservatoren drs. A.P.J. Bil en J.M. Moraal berichten als volgt: De jaarlijkse vistocht op de Westerschelde werd gehouden op 13 juli 2002. Opgevist werden een deel van de rechterbovenkaak en een rib van een mammoet uit het Laat Pleistoceen. De vistocht leverde het volgende materiaal uit het Midden en Laat Mioceen op: Mysticeti (baleinwalvissen); vier bulla's; een perioti- cum; vier fragmenten van maxille (bovenkaak); drie fragmenten van mandibula (onderkaak); zes delen van het achterhoofd; twee borstwervels; drie lendenwervels; een staartwervel; een wervel met een beenwoekering. Waarschijnlijk betreft het fossielen van Pleistocetus (de meeste van de schedeldelen en de bulla's en het peri- oticum) en misschien een Balaenopteriid (vroege vinvis). Voorts Odontoceti (tandwalvissen); fragmenten van de schedel van een dolfijn en een wervelfragment van een dolfijn. Natuurhistorische voorwerpen: Onderafdeling mineralen en gesteenten De conservatoren E.C. Westland en J.M. Moraal berichten als volgt: Het in gebruik nemen van het nieuwe depot in het Zeeuws Museum is goed ver lopen. Tijdens de verhuizing van Oost-Souburg naar Middelburg zijn voor de natuurhistorische collectie vele duizenden voorwerpen verplaatst. Wij zijn de vrij willigers dankbaar voor de zorg waarmee alles is gebeurd. Voor de gesteenten en mineralen werden de verzamelingen van dr. A.A. Fokker, dr. F. Seelheim en Philip Cambridge in doosjes verpakt en ondergebracht in een ladensysteem. Eens te meer bleek de unieke waarde van deze oude verzamelingen, die nagenoeg geheel com pleet een tijdperk van ruim 150 jaar hebben overleefd. Met uitzondering van de Cambridge collectie moeten deze verzamelingen worden beschouwd als een monument. De collectie Cambridge is modern en zal worden gebruikt voor ver gelijkende studie volgens moderne opvattingen. De in Zeeland aangevoerde en gebruikte gesteenten zijn in ruime mate aanwezig op de voormalige opslagplaat sen nabij de sluizen van de Oosterscheldekering. Het zijn restanten van proefne mingen met zware dichte gesteenten uit Scandinavië. Van deze gesteenten is een aantal stukken opgenomen in de nieuwe verzameling gesteenten. Evenals twaalf jaar geleden werd nauwkeurig gekeken naar sporen van radioactieve elementen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2003 | | pagina 116